Boekpresentatie Zoeken in Westerbork

Yoeke Nagel: “Zodat de geschiedenis eens wat anders kan doen dan zich herhalen.”


Het klinkt misschien een beetje mal, maar ik had gisteren een heerlijke dag in Herinneringscentrum Kamp Westerbork. Daar mocht ik mijn nieuwe boek presenteren: Zoeken – naar mijn moeders moeder die verdween in het verzet. Daar, op die plek, is mijn grootmoeder voor het laatst levend gezien. Nu stond ik daar met het boek over haar leven, dat van mijn moeder en van mij – een vlechtwerkje van levensverhalen die gekleurd zijn door de oorlog. Ik bood drie eerste exemplaren aan. Mijn moeder kreeg er natuurlijk eentje omdat ze zo dapper was om samen met mij het verleden in te duiken en er heelhuids weer uit te komen.
Dirk Mulder, de directeur van Herinneringscentrum Kamp Westerbork, kreeg er eentje omdat hij de geschiedenis naar het heden haalt met zijn werk, zodat we daar onze conclusies aan kunnen verbinden.
En Sammy, mijn jongste dochter, kreeg er eentje omdat zij haar eigen toekomst vormgeeft met de geschiedenis als voedingsbron.
Ik was ontroerd door een prachtige speech van directeur Dirk Mulder, die vertelde dat dit een boek is uit ‘de nieuwe serie boeken’ die we kunnen verwachten van de volgende generatie. “Heeft dit boek bestaansrecht?” vroeg hij zich af. Dat maakte me wat zenuwachtig, maar gelukkig vond hij van wel. “Zeg je dat niet tegen alle meisjes?” vroeg ik hem naderhand natuurlijk stiekem. Hij lachte. “Nee, dat is niet zo. Want veel boeken van ‘volgende generaties’ vind ik wat verbitterd. Daar wordt soms leed in geclaimd dat niet van de schrijver is. Dat helpt niet. Dit wel.”
Dat is wel een  compliment waar ik wat stil van word omdat het precies is wat ik hoopte te doen met mijn boek ‘Zoeken’: de verhalen van drie generaties opstandige vrouwen vertellen met waardering en groot respect voor hoe ieder haar eigen lasten van de geschiedenis draagt.
Mijn moeders verhaal ontroerde me omdat ze in haar eigen woorden haar moeder voorstelde aan ons, de mensen in de zaal. Een vriendin zei het mooi: “Je kon zien hoe ze, breekbaar, uiteen viel in drie vrouwen; het meisje dat nog altijd haar moeder mist, de gedistingeerde en bewuste vrouw nu en jouw moeder.” Prachtig he? En zo was het ook echt.
En mijn eigen verhaal kun je hier lezen, als je wilt.
speech Yoeke boekpresentatie Zoeken
De kleinzoon van mijn verdwenen grootmoeder, Robert Pot, maakte prachtige foto’s van het hele gebeuren. Hem moet je hebben hoor, voor fotoreportages van bijzondere momenten.
En wil je mijn boek bestellen? Heel graag. Dat kan online, of via je boekhandel.
Boek ‘Zoeken’ bestellen

Over schrijven (YouTube)

Tibisay Felida zocht vanuit Curacao een schrijfcoach. Door slim te googelen vond ze mij. We werken al een tijdje aan haar boek – fictie. Nu besloot ze dat ze een interview met me wilde houden over schrijven en schrijfcoaching. Na technisch geknutsel lukte het. Een uur lang interview. Dan weet je alles. En dan aan de slag.
 

Interview met schrijfcoach Yoeke Nagel (YouTube)

Ik ben Babs

Ik voel me nog steeds helemaal Yoeke, maar ik ben inmiddels ook officieel Babs, Bijzonder Ambtenaar Burgerlijke Stand. Dat wil zeggen dat ik nu een burgerlijk huwelijk mag voltrekken met een ja-woord dat geldt voor de wet. Een superbelangrijk huwelijk trouwens: dat van mijn oudste dochter. Ja, dank je.
Vorige week werd ik beedigd bij de rechtbank in Arnhem.

Geen steekpenningen

Dat gaat in een massabijeenkomst waardoor je zou denken dat het tamelijk onpersoonlijk is. Maar het viel me op dat de rechter van dienst er toch een feestje van wist te maken, eigenlijk alleen maar door echt even aandacht te besteden aan het hele gebeuren.
Achteraf nog even informeren welke leuke huwelijken er aan staan te komen en op welke bijzondere locaties, vooraf een welkomstwoord, de uitnodiging aan de fotograferende familieleden om lekker rond te lopen voor goed beeld, een korte uitleg over wat er van ons, zo’n dertig aanstaande BABSEN, verwacht wordt en wat we straks moeten zeggen. Niet bij die trouwceremonie straks, die woorden kies je voor het grootste deel zelf, maar hier, voor de arrondissementsrechtbank bij de beediging tot BABS.
Vervolgens las ze de tekst voor waarmee we beloven goed ons best te zullen doen en geen steekpenningen aan te nemen. Goed te overzien, al moet ik googelen wat ik nou ook alweer precies beloofd heb. Ik meen het wel hoor.

Eed of belofte

Dan komt de keuze. Eed of belofte afleggen? Bij de belofte zeg je ‘Dat beloof ik’. Punt. Maar leg je de eed af dan mag je niet alleen de prachtige zin ‘Zo waarlijk helpe mij God almachtig’ uitspreken, je mag ook nog eens twee vingers in de lucht steken. Je ziet dat Boeddhabeeldjes ook wel eens doen. Omdat ik als een van de laatsten aan de beurt was had ik lang de tijd om die keuze serieus te overwegen. Ik ken een hoop machtige Goden waar ik zeer warme gevoelens voor heb en dat is vaak wederzijds. Dat ze me helpen waar ze maar kunnen lijdt geen twijfel. Maar een almachtige zit er niet bij, dat is nou juist het punt. Daarom besloot ik uiteindelijk tot het mondaine en een beetje saaie ‘Dat beloof ik’. Maar tot het laatste moment twijfelde ik of ik daar niet toch nog even die twee vingers bij in de lucht zou steken. Hoog in de lucht… Niet gedaan. Toch Babs geworden.

Keukenrol

Zorg
In de winkel zocht ik
naar een keukenrol zonder plaatjes.
Zo’n fijne, lege keukenrol.
Ze waren op.
Zuchtend legde ik toen maar
een andere in mijn karretje.
Maar toen ik vanochtend zag
dat het bloemenrandje
naar beneden hing
heb ik toch maar even
de knop losgedraaid
en de rol omgekeerd
anders zou het sneu zijn.

Omslagbasis voor Zoeken

Zoeken – mijn nieuwe boek

Omslagbasis voor Zoeken
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 

Zoeken
– naar mijn moeders moeder, die verdween in het verzet

Voila. Dat wordt de titel van mijn nieuwe boek.
De basis voor de omslag, hierboven, is gemaakt door mijn nichtje Sandra – een achterkleindochter van die moeder van mijn moeder.
Het is mijn veertiende boek, maar het voelt als het eerste, omdat het mijn familieverhaal is. Bloot hoor, om zo’n stuk van mijn ziel te laten lezen.
Tenminste dertig jaar geleden bedacht ik dat ik dit boek wilde maken en voerde alvast wat gesprekken met getuigen. Twintig jaar geleden ging ik op zoek naar een vorm om dit verhaal in te vertellen. Dat klinkt als een redelijk normaal schrijfproces, maar persoonlijk had ik er wat meer van verwacht: ik geef les in schrijftechnieken, ik schreef er een boek over waar andere schrijvers veel aan hebben, maar ik deed er dus zelf dertig jaar over om een verhaal te vertellen. Ja ja, lach maar.

‘Zoeken’ meteen bestellen

Drie generaties opstandige vrouwen

Nou had ik mezelf wel wat extra handicaps opgelegd. Zo wilde ik niet alleen het verhaal vertellen van mijn moeders moeder, die verdween in het verzet in de tweede wereldoorlog. Ik wilde ook vertellen hoe mijn eigen moeder heeft gezocht naar haar, zeventig jaar lang. Dat is heel lang en van haar zoektocht heb ik dan ook zelf wel het een en ander meegekregen toen ik opgroeide, ruim na de oorlog.
Een zo’n oorlog die drie generaties opstandige vrouwen vormt en misvormt. Niet iets om in te blijven hangen, want er zijn genoeg recentere vormen van onrecht om je mee bezig te houden.

De ondergedoken oorlog in mij

Ik wilde niet ‘stilstaan bij oorlogsdrama’ maar liever laten zien hoe het proces van zoeken je leven kan bepalen – en dat van je dierbaren: hoe je verder kunt.
Mijn grootmoeder, die ik nooit gekend heb, zocht naar rechtvaardigheid.
Mijn moeder, die ik tijdens het schrijven van dit boek nog beter heb leren kennen, zocht naar praktische manieren om de rechtvaardigheid waar haar moeder ook naar zocht, te vergroten in de wereld. En naar haar moeder.
Ik zocht naar een manier om die zoektochten van mijn voormoeders in woorden te vangen om zo het verhaal vindbaar te maken.
En zonder daarnaar te zoeken vond ik daarbij tot mijn verbijstering ook een oorlog. Buiten me, in Parijs, en heel diep ondergedoken in de donkerste kelders van mijn eigen herinneringen.

Boekpresentatie in maart

Op dit moment wordt er noest ambachtelijk gewerkt aan mijn boek, door een geweldige corrector, Marie-Antoinette Sondeijker, en door een fantastische vormgeefster, Sandra de Bruijn. Als zij klaar zijn en ik met een diepe buiging het manuscript terug ontvang, neemt Esther van der Ham van Droomvallei het stokje over en zorgt dat ‘Zoeken’ gepresenteerd kan worden in maart, in Herinneringskamp Westerbork. Daarna kun je het vinden in de winkel en bij je digitale boekhandel.

Geboortekaartje: ISBN

Het voelt toch nu al een beetje als een geboortekaartje dat ik je het ISBN al kan geven:
978-94-92844-07-1.
En voor de liefhebbers: de NUR is 320, literaire non-fictie algemeen.

En hier kun je ‘m gesigneerd bestellen: bij mij

yoeke nagel wil wel eens weten wat je wilt zeggen

Klaar

De tweede versie van definitief concept is bijna af. We moeten voorzichtig blijven. Voor de tweede keer heb ik mijn eigen boek straks helemaal gelezen, van voor tot achter. De ambachtelijke fase. Drie prints met aantekeningen van dierbaren liggen om de laptop heen. Ik probeer er een soort van simultaan doorheen te bladeren om geen correctie of suggestie te missen. ‘Nee, dat was niet op een dinsdag,’ ‘Over dit thema meer uitweiden’, ‘ontdekkgen’. Opmerkingen van heel verschillende aard en soms -‘Dit leg je pas uit op blz. 124’-, met hele grote gevolgen voor de tekst die onder mijn handen verfijnd wordt, geslepen, opgepoetst en ingekleurd, nu de grote lijn staat.

Kritiek op je schrijfwerk

Ik weet nog dat ik over dit soort gemiereneuk van anderen woest kon worden, vroeger. Eindredacteuren hebben er een handje van om de domste vragen te stellen en dan te beweren dat het anders moet omdat ‘de lezer’ het niet zou begrijpen. Fok de lezer! Je snapt het gewoon zelf niet, sukkel! Lees dan beter, het staat er toch? Alleen niet op de manier zoals jij het zou schrijven omdat je al jaren zelf het ambacht niet meer beheerst. Dat is precies waarom ze je eindredacteur gemaakt hebben, eikel! Briesend en stampvoetend hakten mijn vingers dan in op het toetsenbord om die klotewijzigingen door te voeren want ja, weigeren zou betekenen dat ik niet betaald zou worden voor mijn werk. Als ik dan snuivend van woede de laatste punt had gezet moest ik echt even naar buiten om weer af te koelen voordat ik het begeleidende mailtje opstelde en het herziene stuk opnieuw naar de nijvere eindredacteur stuurde. Oh ja, ik was natuurlijk ook zelf een tijdje eindredacteur. Toen verbaasde ik me er wel eens over hoe agressief schrijvers reageerden als ik ze in alle rust uitlegde hoe ze hun teksten beter kunnen krijgen, maar dat staat hier los van.

Miniatuurtjes in een vitrinekast

Nu is het anders. Drie mensen hebben de moeite willen nemen om alvast deze eerste schets door te nemen. Vier zelfs, want mijn ouders hebben samen een manuscript gelezen. Die warme en gedetailleerde aandacht zijn Sinterklaaskadootjes voor me. Met zorg omgeven pareltjes van betrokkenheid. Toevoegingen, vragen, soms in de kantlijn een keer met potlood ‘Mooi!’ zelfs. Nu voelt het doorvoeren van die wijzigingen alsof ik flonkerende miniatuurtjes zorgvuldig in een vitrinekast plaats om er met een dankbare glimlach van te kunnen genieten.

Klaar. Oei.

Het laatste hoofdstuk levert nog vier opmerkingen op. Kleintjes. Als ik ze heb doorgevoerd lees ik de laatste alinea ook nog even, om het werk compleet te maken. Ik ben er doorheen. Tot mijn eigen verbazing voel ik opeens hoe mijn adem naar buiten komt met een zacht jammertje. De warmte uit mijn borst stijgt naar mijn ogen en komt er daar als druppels uit. Mijn schouders schokken. Het is klaar. Gut. Ik zal het missen, dit boek schrijven.
In maart 2018 staat de boekpresentatie gepland van mijn veertiende boek.
Ik houd je op de hoogte.

De markt op – schrijfoefening

In Saint Montbeillard sur Soissonne is elke maandag markt. We gaan er heen met de schrijfcursisten.
De schrijfopdracht van vandaag:
Bestudeer een interessant type en schrijf zijn of haar verhaal. Besteed ruime aandacht aan het innerlijk leven van je hoofdpersoon door emoties te tonen via lichaamshoudingen (show, don’t tell). Dit zijn de technieken ‘Parelduiken’ en ‘Chocoladeschrijven’ die we vandaag oefenden.
Hieronder mijn verhaal.

Paddenstoelen

“Nou heb je alleen de platte paddekop eraf getrokken. Traag moet je trekken. Traaaaaag. Zo!” Zijn vader hurkt naast hem neer. Hij kijkt even opzij of zijn zoon oplet. Zijn eeltige handen hebben een aardekleur. Met drie vingers schuift hij de worteltjes van de paddenstoel tegemoet tot onder de grond. Daar vormen zijn vingertoppen samen een kommetje dat zich sluit, onder de stam, en de paddenstoel naar het daglicht brengt. Traag. Zijn vaderhand is even een veilig ledikant voor dit goudbruine boswezen. Met twee aardedonkere vingers pakt hij voorzichtig de glinsterende slak beet die gulzige happen neemt van de bruine hoed. Een korte zwiep vanuit de pols en de slak ligt verderop, in het bos. Met een hoofdknikje wijst de vader naar de witte worteltjes aan de stam.
“Ophalen uit het donker. Dan zit alles er nog an,” legt hij geduldig uit. De zoon knikt afwezig en tuurt over de hand heen naar een schaduwrijke plek onder een oude berk. Zijn half dichtgeknepen ogen prikken dwars door de dorre bladeren heen, zijn adem gaat snel en zijn handen tintelen. Hij ruikt ze. Hij weet al precies welke hij moet hebben. Nog voordat de paddenstoel van zijn vaders hand in de mand is gegleden springt hij op en rent verder, snuivend naar richting. “Hier! Grote!” roept hij enthousiast. “Traaaaaaaag he!” waarschuwt zijn vader hem als de jongen zijn vingers vastberaden in de grond steekt.
Zo heeft hij het geleerd. Zijn vader nam hem mee het bos in, vanaf het moment dat hij kon lopen. De sporen van zijn vader wilde hij volgen. Zodra het kon liet ook hij een dikke snor en een baard groeien om de lokgeur van de paddenstoelen vast te kunnen houden.
Ja, hij had moeten leren om traag te plukken, zo traag als de slakken die hem zo vaak voor probeerden te zijn; ze bewegen langzaam maar ze eten snel.
En er kwam een tijd dat hij zich realiseerde dat hij zijn vader voorbij geplukt was. “Pa, ze groeien net zo snel als ik beweeg. Laat mij ze vinden, dan kun jij ze bovenhalen,” stelde de zoon voor. Hij snuffelde en wees, de vader hurkte en groef. Zwijgend. Knikkend. Sjouwend.
Samen stonden ze elke maandag op de markt. Met kisten vol verhuisden de paddenstoelen van het bos naar keukens in het hele stadje om te verdwijnen in geurige soepen, in omelets of een dikke saus.
Tot de zoon op een kille herfstdag zag hoe de vader hurkte. Met een samengeknepen mond en ingehouden adem, die ontsnapte met een kreun als hij, de handen op de bovenbenen steunend, door de knieen zakte, een paddenstoel tegemoet.
“Pa, schei er mee uit,” had hij gezegd. “Pak de andijvie. Druiven. Pompoen. Die hebben niet zoveel kapsones als paddenstoelen.”
Sindsdien hebben ze beiden hun eigen kraam op de markt. De vader met groenten. De zoon met paddenstoelen. Af en toe kijkt hij opzij. Daar staat z’n vader, met pompoenen. Zorgzaam steekt hij z’n aardedonkere duim op. “Ça va?” Zijn vader knikt geruststellend. Hij zucht diep en schudt traag zijn hoofd. Hij weet een ding zeker. Als hij zelf ooit zo ver komt dat hij op de pompoenen moet overstappen, dan hoeft het voor hem niet meer. Dan blijft hij liever in het bos. Tussen de paddenstoelen. Hij weet al precies welke hij moet hebben.

Ga zelf de markt op voor je verhaal

En hoe zou jouw verhaal er uit zien als je een tochtje over je eigen plaatselijke markt als uitgangspunt neemt?
Maximaal 600 woorden, met kop en staart graag.
Stuur je verhaal gerust even naar me toe voor commentaar en tips.

Het 1,2,3-tje

Het 1,2,3-tje is het perfecte schrijfgereedschap om een detail, een thema, een karakter of gebeurtenis te laten opvallen in je verhaal.
Stel: je laat een moord plegen in het stadspark. Over 187 pagina’s zal blijken dat de gele sok onder de brem cruciaal is om te weten wie het gedaan heeft.
Dan wil je, als schrijver dan, graag dat die sok opgemerkt kan worden en toch ook een beetje verstopt blijft. Je lezer moet een eerlijke kans hebben om die moord zelf op te lossen. Het 1,2,3-tje is de schijnwerper die je richt op de sok.
Stel: het dienstmeisje van de pastoor blijft altijd onverstoorbaar haar werk doen. Wordt ze uitgescholden, staat het huis in de fik, raakt ze zwanger van de bakker – haar maak je de pis niet lauw. Maar als het buurjongetje worteltjes jat uit haar moestuin krijgt ze de pest in. Hoe schilder je die reactie zo nauwkeurig dat de lezer de volle zwaarte van haar reactie zal inzien? Het 1,2,3-tje is het podium waar je haar op presenteert.

Wat is een 1,2,3-tje?

Het 1,2,3-tje is de Westerse Haiku en kan nauwelijks overschat worden. Ik ontwikkelde ‘m trouwens zelf, dus je googelt er tevergeefs naar tussen de bekendere schrijftechnieken. Dat is mooi, want daarmee kun je het 1,2,3-tje gemakkelijk gebruiken zonder dat iedereen hem meteen herkent in je tekst. Onbewust aangeleverde schrijfkunstjes werken immers altijd het beste.

Hoe werkt een 1,2,3-tje?

Het 1,2,3-tje bestaat uit drie zinnen en is daardoor kort en krachtig, maar buitengewoon sfeervol.
Zin 1: een waarneming
Bijvoorbeeld: Onder de struik ligt een gele sok
Zin 2: een passende metafoor
Bijvoorbeeld: als een modderige, katoenen condoom.
Zin 3: een vraag of conclusie
Bijvoorbeeld: Hoe onveilig is dit donkere park?
Of
Zin 1: een waarneming
Bijvoorbeeld: Dan dreunt de rechtervuist van het dienstmeisje onverwacht op zijn kaak
Zin 2: een passende metafoor
Bijvoorbeeld: als een dikke kokosnoot die in het warme zand ploft
Zin 3: een vraag of conclusie
Bijvoorbeeld: Jarenlang heeft ze die knal laten groeien onder klimatologisch ideale omstandigheden: de tiranie van de pastoor.
Op de foto zie je drie deelnemers aan de schrijfweek in Frankrijk worstelen met de huiswerkopdracht van vandaag: schrijf een verhaal van 450 woorden, waarin je een 1,2,3-tje verwerkt.
Meedoen? Prima. Stuur ‘m maar even op, dan bespreken we hem en krijg je hem met commentaar en tips terug.
 

intensieve schrijfweek met schrijfcoaching

Intensieve schrijfweek in Nederland

Intensieve schrijfweek met schrijfcoachingEen week lang ongestoord werken aan je boek. Meters maken. In elke fase van je schrijfwerk doet een intensieve schrijfweek wonderen. Je hebt geen afleiding van je gewone dagritme, je gezin of je normale werk, je kunt je volledig concentreren op je verhaallijn, je schrijft of redigeert op elk moment dat het je uitkomt. Bovendien zit je niet in je eentje te worstelen met je boek. Elke dag heb je overleg met je schrijfcoach. En je blijft gewoon in Nederland dus in geval van nood ben je zo weer thuis.

Maak een schrijfplan met een schrijfcoach

Je start je schrijfweek met een schrijfcoachingsconsult van twee uur. Op de eerste dag van je week, of zelfs vooraf, maak je samen met een professionele schrijfcoach een schrijfplan voor je week. Dan heb je een realistische opzet voor je werk. De structuur van je boek, je werkuren, maar ook de momenten van ‘creatieve stilte’ geven je houvast. Daardoor weet je wat de speelruimte is voor jou en voor je boek.

Schrijfweek met ondersteuning

Schrijfweek in Hofstede Het KlaphekElke dag komt je schrijfcoach nu even bij je langs om te horen hoe het gaat met jou en met je boek. Ze heeft dan al gelezen wat jij de vorige dag schreef en geeft je verhelderende vragen, tips en toejuichingen over je werk. Je bespreekt wat je vandaag gaat schrijven en als je twijfelt heb je je professionele sparringpartner bij de hand. Je schrijfcoach helpt je ook aan een goede basis voor samenwerking met je innerlijk criticus. Is je inspiratie even opgedroogd, dan denkt ze met je mee zodat je je volgende hoofdstuk weer lachend in gaat.

Hoe houd je het vol

Schitterende omgeving voor schrijfinspiratieEen hele week schrijven houd je vol door bewust af en toe niet te schrijven. Deze creatieve stilte neem je door dagelijks een wandeling te maken, of een eindje te fietsen*) in de prachtige omgeving: de Overbetuwe. Je moet wel, trouwens, want je ruime schrijfatelier, in Bed & Breakfast Hofstede Het Klaphek in Randwijk, ligt op tien minuten fietsafstand van de dichtstbijzijnde supermarkt. Op woensdag en zaterdag is er markt in het bruisende Wageningen, waar je met het veerpontje naar toe kunt. Vind je jouw schrijfinspiratie in een grotere stad, dan ligt de metropool Arnhem aan je voeten op drie kwartier fietsafstand. Hoe houd je het vol? Het is gewoon zonde van je geld als je een schrijfdag voorbij laat gaan zonder te schrijven: je schrijfcoach is je ondersteuning en je stok achter de deur.

Wanneer is een intensieve schrijfweek slim voor jou

* Voordat je begint aan je boek

Je maakt samen met je schrijfcoach een schrijfplan, een opzet voor je boek, een overzicht van hoofdstukken die logisch in elkaar doorlopen. Bovendien maak je een Creatiepentagram dat je houvast geeft bij het maken van verstandige schrijfkeuzes.

* Als je een stoffig schrijfplan nu echt wilt uitvoeren

Je bent al een keer begonnen en ook weer gestopt met je boek. Te weinig tijd, geen inspiratie meer, te veel andere dingen, geen zin meer, je had een goede reden om het even te laten liggen. Met een intensieve schrijfweek krijg je er weer zin in. Bovendien helpt de begeleiding van je schrijfcoach je om een weg in te slaan die je zelf kunt volhouden, deze keer, tot je boek af is.

* Als je steeds twijfelt over je schrijfwerk

Je schrijft al een tijd aan je boek maar je blijft je afvragen of je nou wel op de goede weg zit. Is dit een aanpak die werkt? Is hier belangstelling voor? Moet het wel in deze stijl? Is dit duidelijk genoeg? Voor deze vragen heb je een schrijfcoach, die je dagelijks professionele adviezen geeft over je werk en je helpt om de juiste vorm te vinden – en te houden.

* Als je een deadline wilt halen

Zit er een uitgever of een scriptiebegeleider op je werk te wachten? Er zijn schrijvers die er jaloers op zouden zijn! Maar voor jou is het misschien een drama. Een intensieve schrijfweek biedt je de beste kans om je deadline te halen. Je schrijfcoach mept je er doorheen met zachte hand en professionele tips. Doordat je je tekst steeds laat lezen weet je bovendien dat je straks ook echt iets moois inlevert.

* In de redigeerfase van je manuscript

Je hebt je manuscript al klaar? Dan begint de redigeerfase. Een intensieve schrijfweek maakt dat je met frisse moed je hele werk nog een keer kritisch kunt doornemen. Om het nog beter te maken dan het al is. Je schrijfcoach kijkt over je schouder mee. Dat is je eerste lezer die echt aan jouw kant staat en je praktische tips geeft over het redigeren van je boek.

  • Liever zonder schrijfcoach aan het schrijven?
    Moet je doen. Betaal je iets meer voor je B&B maar je zit evengoed in een prachtige schrijfomgeving.

Je luxe schrijflocatie met schrijfcoaching 

De kleine lettertjes voor je intensieve schrijfweek

-Je schrijfcoach is Yoeke Nagel, auteur van o.a. ‘Schrijven met het Creatiepentagram’.
Je betaalt 550 euro plus btw voor 5 dagen intensieve schrijfcoaching op locatie. (vanaf 1 januari 2018 is de prijs 600 euro)
-Je schrijflocatie is B&B Hofstede Het Klaphek, Bredeweg 69 in Randwijk.
Voor 500 euro plus btw heb je een luxe schrijfatelier, voor 6 nachten schrijfretraite met schrijftafel, tweepersoonsbed, wifi, tuin, w.c. en douche.
-*) Een fiets heb je er bij voor 50 euro (hele schrijfweek), een meditatiekussentje kun je lenen, folders over de prachtige omgeving vind je in de B&B.
-Bespreken doe je na overleg met Yoeke en Het Klaphek, om zeker te weten dat er plek is voor je.

Op de foto zie je auteur Jennifer Hanenberg-Elders tijdens haar intensieve schrijfweek in Randwijk.
Ssssssst… Haar boek is al bijna af!

Jennifer Hanenberg maakte schrijfmeters in Randwijk
 
 

Mijn familieverhaal schrijven

“Daar moet je eens een boek over schrijven,” zei mijn verkering twintig jaar geleden. Ik had hem verteld over het bijzondere leven van mijn grootmoeder, die in de oorlog in het communistische verzet stapte. Mijn familieverhaal. Losse flarden spannende geschiedenis had ik in de loop der jaren over haar gehoord, maar een heel boek over haar leven was er niet. Een gat in de geschiedenis dat ik graag persoonlijk wilde vullen. Dus begon ik met schrijven.
De verkering verdween uit mijn leven, het boek over mijn grootmoeder bleef. Nou ja, in mijn hoofd dan. Een paar opzetjes verdwenen weer uit mijn computer, of ze nou wel of niet goed genoeg waren. Pas drie jaar geleden begon ik er echt aan. Door gesprekken te voeren met mijn moeder, de dochter van die interessante grootmoeder. Ik ontdekte dat mijn moeder zelf minstens zo interessant is als haar moeder. En alles wat er ooit in mijn familie gebeurd was, bleek ook weer invloed te hebben op mijn eigen leven. Zo werd dat boek dat ik wilde schrijven alleen maar ingewikkelder.

Schrijven als je niet alle feiten kent

Niet alleen het verhaal dat ik wilde vertellen was ingewikkeld, ik moest ook goed nadenken over hoe ik dat dan zou moeten vertellen. Welke structuur geef je een verhaal als je het leven van twee of misschien wel drie mensen tegelijk wilt beschrijven, die in verschillende tijdperken hun volwassen overwegingen maken over hun keuzes? En hoe ga je om met het feit dat je niet alle feiten kent? Dat sommige feiten zelfs voortdurende door andere feiten worden tegengesproken? Dat de ene bron met veel overtuiging precies het tegenovergestelde beweert van wat de ander zegt?

Familieverhaal schrijven

Dertien boeken schreef en publiceerde ik tot nu toe. Allemaal met kop en staart. Maar het schrijven van een boek over mijn familieverhaal mikte me in een woordworsteling van twee jaar. Toen snapte ik opeens hoe je zoiets doet. En precies op dat moment belde, totaal uit het niets, een enthousiast stamboomzoeker, Yolanda Lippens. Of ik misschien een workshop ‘Familieverhaal schrijven’ wilde geven. Dat zal wel toeval zijn.
Maar het leidt er wel toe dat je je nu, voor het eerst, op mijn nieuwe schrijfcursusagenda voor een workshopdag ‘Schrijf je familieverhaal’ kunt inschrijven. Samen met Yolanda. Zij kan je alles vertellen over stamboomonderzoek, ik ga je helpen om jouw familieverhaal te schrijven.
En omdat je misschien eerst andere dingen wilt schrijven bied ik je nog drie andere complete schrijfcursussen aan, die in oktober al beginnen.
NB: de foto’s op deze pagina zijn allemaal van andere families dan de mijne

Cursus Creatief Schrijven – 6 avonden
Cursus Schrijven voor Ondernemers – 6 vrijdagmiddagen
De M-serie – 3 avonden Masterclass
Schrijf je familieverhaal – 1 dag

Schrijfcursussen en meer