intensieve schrijfweek met schrijfcoaching

Intensieve schrijfweek in Nederland

Intensieve schrijfweek met schrijfcoachingEen week lang ongestoord werken aan je boek. Meters maken. In elke fase van je schrijfwerk doet een intensieve schrijfweek wonderen. Je hebt geen afleiding van je gewone dagritme, je gezin of je normale werk, je kunt je volledig concentreren op je verhaallijn, je schrijft of redigeert op elk moment dat het je uitkomt. Bovendien zit je niet in je eentje te worstelen met je boek. Elke dag heb je overleg met je schrijfcoach. En je blijft gewoon in Nederland dus in geval van nood ben je zo weer thuis.

Maak een schrijfplan met een schrijfcoach

Je start je schrijfweek met een schrijfcoachingsconsult van twee uur. Op de eerste dag van je week, of zelfs vooraf, maak je samen met een professionele schrijfcoach een schrijfplan voor je week. Dan heb je een realistische opzet voor je werk. De structuur van je boek, je werkuren, maar ook de momenten van ‘creatieve stilte’ geven je houvast. Daardoor weet je wat de speelruimte is voor jou en voor je boek.

Schrijfweek met ondersteuning

Schrijfweek in Hofstede Het KlaphekElke dag komt je schrijfcoach nu even bij je langs om te horen hoe het gaat met jou en met je boek. Ze heeft dan al gelezen wat jij de vorige dag schreef en geeft je verhelderende vragen, tips en toejuichingen over je werk. Je bespreekt wat je vandaag gaat schrijven en als je twijfelt heb je je professionele sparringpartner bij de hand. Je schrijfcoach helpt je ook aan een goede basis voor samenwerking met je innerlijk criticus. Is je inspiratie even opgedroogd, dan denkt ze met je mee zodat je je volgende hoofdstuk weer lachend in gaat.

Hoe houd je het vol

Schitterende omgeving voor schrijfinspiratieEen hele week schrijven houd je vol door bewust af en toe niet te schrijven. Deze creatieve stilte neem je door dagelijks een wandeling te maken, of een eindje te fietsen*) in de prachtige omgeving: de Overbetuwe. Je moet wel, trouwens, want je ruime schrijfatelier, in Bed & Breakfast Hofstede Het Klaphek in Randwijk, ligt op tien minuten fietsafstand van de dichtstbijzijnde supermarkt. Op woensdag en zaterdag is er markt in het bruisende Wageningen, waar je met het veerpontje naar toe kunt. Vind je jouw schrijfinspiratie in een grotere stad, dan ligt de metropool Arnhem aan je voeten op drie kwartier fietsafstand. Hoe houd je het vol? Het is gewoon zonde van je geld als je een schrijfdag voorbij laat gaan zonder te schrijven: je schrijfcoach is je ondersteuning en je stok achter de deur.

Wanneer is een intensieve schrijfweek slim voor jou

* Voordat je begint aan je boek

Je maakt samen met je schrijfcoach een schrijfplan, een opzet voor je boek, een overzicht van hoofdstukken die logisch in elkaar doorlopen. Bovendien maak je een Creatiepentagram dat je houvast geeft bij het maken van verstandige schrijfkeuzes.

* Als je een stoffig schrijfplan nu echt wilt uitvoeren

Je bent al een keer begonnen en ook weer gestopt met je boek. Te weinig tijd, geen inspiratie meer, te veel andere dingen, geen zin meer, je had een goede reden om het even te laten liggen. Met een intensieve schrijfweek krijg je er weer zin in. Bovendien helpt de begeleiding van je schrijfcoach je om een weg in te slaan die je zelf kunt volhouden, deze keer, tot je boek af is.

* Als je steeds twijfelt over je schrijfwerk

Je schrijft al een tijd aan je boek maar je blijft je afvragen of je nou wel op de goede weg zit. Is dit een aanpak die werkt? Is hier belangstelling voor? Moet het wel in deze stijl? Is dit duidelijk genoeg? Voor deze vragen heb je een schrijfcoach, die je dagelijks professionele adviezen geeft over je werk en je helpt om de juiste vorm te vinden – en te houden.

* Als je een deadline wilt halen

Zit er een uitgever of een scriptiebegeleider op je werk te wachten? Er zijn schrijvers die er jaloers op zouden zijn! Maar voor jou is het misschien een drama. Een intensieve schrijfweek biedt je de beste kans om je deadline te halen. Je schrijfcoach mept je er doorheen met zachte hand en professionele tips. Doordat je je tekst steeds laat lezen weet je bovendien dat je straks ook echt iets moois inlevert.

* In de redigeerfase van je manuscript

Je hebt je manuscript al klaar? Dan begint de redigeerfase. Een intensieve schrijfweek maakt dat je met frisse moed je hele werk nog een keer kritisch kunt doornemen. Om het nog beter te maken dan het al is. Je schrijfcoach kijkt over je schouder mee. Dat is je eerste lezer die echt aan jouw kant staat en je praktische tips geeft over het redigeren van je boek.

  • Liever zonder schrijfcoach aan het schrijven?
    Moet je doen. Betaal je iets meer voor je B&B maar je zit evengoed in een prachtige schrijfomgeving.

Je luxe schrijflocatie met schrijfcoaching 

De kleine lettertjes voor je intensieve schrijfweek

-Je schrijfcoach is Yoeke Nagel, auteur van o.a. ‘Schrijven met het Creatiepentagram’.
Je betaalt 550 euro plus btw voor 5 dagen intensieve schrijfcoaching op locatie. (vanaf 1 januari 2018 is de prijs 600 euro)
-Je schrijflocatie is B&B Hofstede Het Klaphek, Bredeweg 69 in Randwijk.
Voor 500 euro plus btw heb je een luxe schrijfatelier, voor 6 nachten schrijfretraite met schrijftafel, tweepersoonsbed, wifi, tuin, w.c. en douche.
-*) Een fiets heb je er bij voor 50 euro (hele schrijfweek), een meditatiekussentje kun je lenen, folders over de prachtige omgeving vind je in de B&B.
-Bespreken doe je na overleg met Yoeke en Het Klaphek, om zeker te weten dat er plek is voor je.

Op de foto zie je auteur Jennifer Hanenberg-Elders tijdens haar intensieve schrijfweek in Randwijk.
Ssssssst… Haar boek is al bijna af!

Jennifer Hanenberg maakte schrijfmeters in Randwijk
 
 

Dat kan korter!

tekst inkorten, hoeTeksten inkorten om je lezer te raken

“Haar ogen waren als een diepe bergbeek waarin trage karpers rondzwommen die de schittering van het zonlicht steeds op een andere manier weerspiegelden in haar glimlach.”
‘Vind je het niet prachtig?’ zwijmelde ik nadat ik zo’n soort zin had voorgelezen uit een boek van een Japanse schrijver.
“Dat kan korter,” concludeerde de man die ik had voorgelezen. Ja. Kan. Ze had dus best leuke ogen. Maar met bergbeekjes en karpers en alles voeg je toch als schrijver wel wat sfeer toe die de meeste lezers wel waarderen.

Ik merk dat ik voel dat ik wil

Anders is dat – en daar wilde ik het eens even over hebben – bij een vaak voorkomend misverstand in tekst: het beschrijven van waarnemingen van emoties. Alleen deze constructie moet je waarschijnlijk al drie keer lezen. ‘Ik merk dat ik voel dat ik wil…’ Of: ‘Ik zie dat er iets gebeurt dat mijn aandacht trekt.’ Dat kan korter.
Voorbeeldje dus maar.
“Ik merkte dat ik een verlangen voelde opkomen naar een ijsje.”
Dat kan korter! En dat moet ook korter, want met deze zin bied je je lezer te veel afstand tot je hoofdpersoon. Hoofdpersoon beschouwt zichzelf, dus lezer blijft ook maar een beetje toerist. Je lezer moet kunnen wonen in het hoofd van degene die spreekt in je verhaal. Beter is dus al:
“Ik voelde een verlangen opkomen naar een ijsje.”
Alleen is er geen  hond die zoiets in alle ernst over zichzelf zegt. Het is nog geen echte taal, je krijgt als lezer een mededeling over een proces dat eigenlijk helemaal niet zo interessant is. Dat kan korter.
“Ik had zin in een ijsje,” zou een hoofdpersoon kunnen toegeven.
En nog beter, want actiever en persoonlijk, zodat lezer in real time kan aanschuiven bij de opdringerige emotie – het verlangen naar een ijsje:
“Een ijsje! Ik zou er een moord voor doen.”

Nog eens: show don’t tell

De getrainde en geharde schrijver gaat nog een stapje verder. Hij baant zich onbevreesd een pad door de ‘show-don’t’-tell-jungle’ en komt af met een alinea als:
“Ik zag het peutertje al van ver aan komen dribbelen. Jaspunt van papa in haar ene handje, ijsje in de andere. Toen ze vlakbij was zette ik geroutineerd een spurt in en was de hoek al om met het hoorntje in mijn hand voordat de papa het lege handje zag van de kleine, die brullend op de stoep terecht was gekomen. IJs. Ik hou ervan.”
Ja. Dat kan wel degelijk korter. Maar hier heb je als schrijver wel meer lol van. Kwestie van kiezen waar je je woorden aan besteedt. Wel aan kleurrijke schetsen die je lezer meeslepen, ontvoeren, op schoot zetten van je verhaal. Niet aan omslachtige wolsliertwoorden die een uitdeiend muf moeras creeren tussen je hoofdpersoon en je lezer. Dat kan korter:
Schrijf zo beeldend en direct mogelijk.

Emoties zijn gluiperds dus kocht ik een huis

Emoties zijn gluiperds die zich van de ene naar de andere kant van je werkelijkheid toeglibberen. En jij er achteraan. Emoties. Ptoei!

Kopen doe je op emotie (niet)

Ik geef je een voorbeeld. Echt gebeurd. Kun je mooi zien hoe die rotzakjes werken.
Scroll, scroll, scroll, stop. Daar stond het. Dat droomhuis. Tuin met een fruitboom en een vijver, uitzicht op de begraafplaats. Een plek waar het mysterie van het leven zelf samenkomt, ongeveer ter hoogte van het grappige tegelrandje in de bijkeuken. Wij door die Fundafoto’s heen klikken natuurlijk. Oh kijk, een draaihaard! En een waterpomp in de tuin en een houten vloer en genoeg kamers en en en en ohhhhhh…
Rekenen. Als we nou dit potje en die reserve en zus rekening… Met flonkerende ogen en roze wangetjes doen we een bod. Wat een prachthuis. Wat zullen we daar blij wonen! Lekker rustig, heerlijke omgeving.

Gezond verstand volgt emotie (ook niet)

Plop. Er gebeurde helemaal niks. Geen telefoontje, geen mailtje met op z’n minst ‘ha ha ha, dat bod is toch veels te laag joh’, helemaal niks. En door dat grote zwijgende niks veranderde alles. ‘Nou ja, het was ook eigenlijk een rothuis,’ zeiden we tegen elkaar.
‘Ja, en zo afgelegen, je ziet er nooit iemand.’
‘En dan zo’n joekel van een tuin! Bah, daar ben je echt nooit klaar.’
Ons gezonde verstand vond zonder problemen de bewijzen bij onze heersende emotie – en onze nieuwe emotie vormde zich rond de nieuwe realiteit.
Na hooguit drie weken waren we oprecht opgelucht dat we aan dat sombere, donkere krot waren ontsnapt.

Emoties maken U-turns (net zo makkelijk)

Toen kwam vriend Robert op bezoek. ‘Nee echt. Raar huis,’ zei ik.
‘Kom. Stap in, dan rijden we er even langs.’
En daar, op de stoep, maakte een ouder echtpaar uitgebreid foto’s van de voorgevel.
Whoezzzzzz, met gierende banden namen twee sets emoties de afslag naar ‘maar dat gaat zo maar niet.’
‘Er staan mensen ons huis te fotograferen,’ appte ik.
‘Bieden!’ appte mijn aanstaande huisgenoot onmiddellijk terug.
We boden. En we belden de volgende dag want dan wisten we tenminste zeker of we het huis een suf barrel moesten vinden of ons eigen beeldschone paleisje van rust. Het werd het laatste en per 1 juni wonen we daar. Ja, dank!

Alle nadelen zijn nu voordelen

‘Is het niet wat oud?’ vraagt mijn vader. ‘Nou en of!’ glunderen wij. ‘Echt karakter heeft het.’
‘Het ligt wel erg afgelegen he,’ zegt mijn moeder. ‘Ja he! Maar dat maakt dat ik ook mijn bedrijfsvoering heel anders kan gaan opzetten. Ik hou maandelijks spreekuur in de stad, voor wie geen eigen vervoer heeft. En we bieden de Schrijfkamer aan voor writers in residence. Met schrijfcoaching.’
‘Moeten we nou een schoffel meenemen als we bij jullie op bezoek komen?’ moppert broer van huisgenoot al bij voorbaat. ‘Oh nee, die tuin is al zo heerlijk! En we gaan zelf appelmoes maken. Mag jij ook een potje van en je hoeft niet te schoffelen.’

De moraal

Wat heb je hier nou weer aan als zakelijk blogger? Dit. Emoties bepalen of je klant wel of niet iets koopt bij je. Maar jij bepaalt de emoties van je klant, stiekem. Stiekem ja. Omdat je klant denkt dat je product of dienst ‘gewoon goed voelt’. Daar ziet hij bewijzen van in dezelfde werkelijkheid die het omgekeerde kan bewijzen, afhankelijk van zijn emoties. Dat proces stuur je bij met je zakelijk blog. En dat is minstens zo ingewikkeld als het klinkt, maar je kunt het leren.

Kijk rustig even naar het filmpje van mijn vorige huis.
Het staat nog te koop! Iets voor jou?

Kijk in de agenda wanneer je mee kunt doen aan een schrijfworkshop. Om te leren emoties jouw kant op te laten glibberen met je woorden.

Slogan in kruissteekjes

Test je tekst met borduurzijde

kruissteekjesOkee, ik geef het toe, ik ben Yoeke en ik ben een stille borduurder (‘Hai Yoeke’, zou een zaal vol lotgenoten hier antwoorden als er zoiets bestond als de Borduurders Anonymous).
Ik borduur teksten. En dat is ok, vertel ik mijzelf.

Kort is goed

Het wonderlijke met tekst is dat het in waarde toeneemt naarmate het kortere tekst is en er zichtbaar meer zorg en aandacht aan besteed werd. Schrijf een boek en het is maar de vraag of je lezer oppikt wat je zo ongeveer bedoelt.
Zet de kern op een affiche en onderteken die met ‘Loesje’ bijvoorbeeld, en je hebt iets waar over nagedacht kan worden.

Hoe bedenk je korte tekst

De kunst is om korte tekst te bedenken. Niet ingewikkeld: je begint met een lange, waarin je onderzoekt wat je bedoelt en dan streep je gewoon alles weg rond de kern van wat je wilt zeggen. Een voorbeeld.
Gisteravond had ik een kennismakingsgesprek met een deelnemer aan de schrijfcursus die ik eind deze maand in Frankrijk aanbied.
“Je kunt je natuurlijk het hele jaar het schompes werken voor het geld, maar uiteindelijk gaat het daar niet om,” zei ze.
“Maar zie dat inzicht maar es vol te houden in de waan van de dag,” antwoordde ik. Kijk.
Zoiets is nou echt een ideale aanleiding om terstond nijver aan het kruissteken te slaan en een borduurtje te maken waarop staat:

“Hier gaat het niet om.”

Kleurige guirlandes eromheen van gekruissteekte bloemetjes en misschien wat roze vogeltjes die een hartje met gouddraad vasthouden in hun snaveltjes en klaar. Voor boven het buro, bijvoorbeeld. Lekker kort ook.
Mijn borduurtjes zijn vrijwel altijd kort, omdat ik het graag kado doe aan een jarige en daar denk ik dan natuurlijk te laat aan zodat ik snel moet borduren om er nog mee aan te komen voordat de volgende verjaardag alweer in zicht is.

slogans en pay-offsInzichten

En toch werkt het louterend, meditatief, dat borduren. Het voorwerk is als het bedenken van een slogan, een pay-off voor de marketeer of ondernemer.
‘Wij bieden u een verzekering waardoor u blijft hopen dat u nog iets achter de hand hebt als uw leven in elkaar stort,’ is een weinig wervende tekst die niet beklijft. Het is niet borduurbaar. ‘Wat er ook gebeurt’ blijft hangen. Desnoods in kruissteekjes aan de muur.
Een Nuttig Inzicht moet samengevat kunnen worden in een borduurbare tekst. Eentje waar je niet snel op uitgekeken bent omdat je erover blijft denken, liefst.
Dat gaat vanzelf als je borduurt: het is meditatief. Met elk half kruissteekje verdwijnen meer afleidende gedachten en ontstaat er een gapender vacature in het hoofd. Die vult zich met mijmeringen over de tekst die geborduurd wordt. Als ie af is, heb je hem doorgrond tot op de bodem en terug.

Slogan of pay-off

Maar lang daarna nog hangt of staat hij in een verguld lijstje of houten frame in iemand’s woonruimte, hoop je als borduurder. Om te helpen herinneren aan de vergankelijkheid van het leven, aan het relatieve van ellende of onenigheid, aan de voornemens die we willen realiseren, de inzichten die we ons verwierven of hunkeren naar het moment dat we eindelijk zo ver zijn.
Net zoals een slogan lang mee moet kunnen op je site en je folders. Verveelt ie? Dan was hij niet goed genoeg. Borduren is dus de beste test voor de slogan die je wilt gaan gebruiken voor je eigen bedrijf. Voer ‘m uit in kruissteekjes en je weet of het een blijvertje is.

Nieuwe slogans test je met kruissteekjes

Slechte tekst

Voor een geliefde, die al tijden hevig worstelde met zijn financiele leven, borduurde ik eens: ‘GELD tja…’.
Als aansporing was het bedoeld, om zich een relatie te bouwen met dat goedje. Eigenlijk was dat een slechte tekst. Op advies van een vriendin tornde hij na enige tijd zorgvuldig de t weg. Nu veranderde de boodschap in een enthousiaste uitnoding:
‘GELD ja…’ is een duidelijk standpunt en klinkt veel hartelijker.

Wie schrijft blijft, wie borduurt bestuurt

 

Het woord is een poort

waar je klanten mee scoort

poorten
Natuurlijk, je wilt alles wel vertellen als je een website maakt.
Wie je bent, waar je je opleiding deed, met welke apparatuur je werkt, welke technieken je beheerst, hoe je bedrijfsruimte er uit ziet en door welke samenloop van omstandigheden je in het vak terecht kwam.
Niet doen.
Je aanstaande klant wil namelijk alleen maar weten of ze iets aan je product of dienst heeft.
Geef daarom liever een hint, niet meer dan dat. Zet de poort open voor je klant en laat ‘m er zelf doorheen lopen. Omdat het er goed uitziet voor ‘m.
Drie tips om die poort open te zetten.

Wat schrijf je op je site?

20160501_135330_resized1  Ga uit van je klant, niet van jezelf

Je lezer, die je klant kan worden, wil in eerste instantie over zichzelf lezen, wil gezien worden, herkend.
Schrijf dus: ‘Als je twijfelt over je teksten, dan lees ik graag even met je mee.’
Schrijf niet: ‘Ik volgde een opleiding tot schrijfcoach in 2010 en heb me gespecialiseerd in redigeerwerk.’
Je klant mag er vanuit gaan dat je weet wat je doet.

2  Los z’n probleem op

Je lezer, die je klant kan worden, wil weten dat z’n probleem straks is opgelost.
Schrijf dus: ‘Ben je dyslectisch? Dan haal ik even de taalfouten uit je tekst voor je.’
Schrijf niet: ‘Uit onderzoek is gebleken dat teksten met taalfouten minder serieus genomen worden.’
Dat weet ie al, dat is juist z’n probleem.

3  Overleg

Je lezer, die je klant kan worden, is net zo eigenwijs als jij.
Schrijf dus: ‘Hoe wil jij het graag? Ik pas me graag aan bij jouw stijl.’
Schrijf niet: ‘Ik zet mijn professionaliteit in om je teksten een zakelijke uitstraling te geven.’
Dat wil ie misschien helemaal niet.
 

Wat staat er nou? Vampierwoorden!

vampierwoorden5Er blijkt veelvuldig een discrepantie op te treden tussen intentie en generale implementatie van cognitief acceptabele linguïstische uitwisseling. Hoewel de breed gedragen richtlijn ten aanzien van voornoemd gegeven is te streven naar significante en duurzame modificatie van de status quo op het terrein van effectieve communicatie, is inmiddels steekproefsgewijs en empirisch vastgesteld dat van enige relevante verschuiving in participatie organisatiebreed geen sprake is, terwijl op het vlak van semantiek zelfs nog nauwelijks vooruitgang is geboekt.
Derhalve zal zo spoedig mogelijk een onderzoek worden ingesteld naar de economische consequenties van genoemd gegeven op middellange termijn, wat moet uitmonden in aanbevelingen die de effectiviteit hiervan zullen vergroten.

IETS GEMAKKELIJKER GEZEGD:
Het is niet waar, hoewel iedereen het zegt, dat er, nadat we het er een keertje over hebben gehad, verandering is geweest in het taalgebruik hier. Dat merken we allemaal dagelijks. Daar moeten we iets tegen doen, anders levert het verlies op.
OFTEWEL:
We snappen nog steeds niet waar het over gaat. Dat kost vast geld!

Vampierwoorden. Brrrrrr….

vampierwoorden3Nee. Het is echt niet nodig om alles in kindertaal op te schrijven. Maar in beleidsstukken, white papers, zakelijke memo’s en verslagen zitten vaak zulke draken van zinnen dat echt niemand meer snapt wat er staat. Dat is de bedoeling ook, mag je vrezen. Het zijn vampierwoorden. Ik schreef er al eerder over.

Waar komen vampierwoorden vandaan?

vampierwoorden4Vampierwoorden zijn woorden die geen beeld oproepen, vaag blijven en vooral verdoezelen wat er (misschien wel) bedoeld wordt. Of misschien ook wel niet…
Vampierwoorden worden ingezet als het moeilijk wordt. De boodschap is pijnlijk, de schrijver weet nog niet precies waar het over moet gaan, niemand durft de verantwoordelijkheid te nemen, er is nog niks besloten – dat zijn de situaties waarin vampierwoorden worden ingezet om de lezer te verwarren, te vermoeien en uiteindelijk moedeloos te laten hopen op betere tijden.
Tijden waarin gewoon gezegd of geschreven wordt waar het over gaat.
Okee. Nog een voorbeeldje dan. Maar eerst even dit:


Win een WoordWaardeBon

Welke vampierconstructies ben jij zelf zoal tegen gekomen in het wild? Op je werk? Bij de wijkvereniging? In de gemeenteraad?
Laat het me weten en maak kans op een
WoordWaardeBon van 25 euro!


Vampiertekst uit onverwachte hoek

vampierwoorden2Hoewel relevante cijfermatige onderzoeksgegevens omtrent generale implementatiemogelijkheden voor duurzame toepassingen in gangbare praktijksituaties tot dusver helaas ontbreken, wordt empirisch herhaaldelijk vastgesteld dat imponderabele en niet zelden cryptische technieken als het door toedoen van onder andere wilskracht en semi-klassieke sententies beïnvloeden van synchroniciteit alsmede modificaties van enige status quo, primordiaal significante effecten blijken teweeg te brengen.
IETS MAKKELIJKER GEZEGD:
Hoewel er nooit onderzoek naar gedaan is of je het ook algemeen toepasbaar kunt maken in het dagelijks leven, blijkt uit de ervaring dat niet-meetbare en vaak vreemde technieken, zoals het toeval beïnvloeden en veranderingen teweegbrengen met wilskracht en spreuken, duidelijk effect hebben.
OFTEWEL:
Magie werkt kennelijk.

Neem contact op voor meer waardevolle schrijftips

Visie kun je kopen

bij goede tekstschrijvers

schrijfcoachyoeke-320x200Ha. Ha. Ha. Een hele avond lachen met de hoogste baas van het land. In de VS is het al vanaf 1921 een traditie, gisteren had Nederland voor het eerst zelf een Correspondents’ Dinner. Met als grote olijkerd onze eigen minister-president Mark Rutte. Ha. Ha. Ha? Wat is er nou leuk aan die man?

Mark Rutte:
een geslaagde grap

Het geheim van een geslaagde grap is over het algemeen de scherpe visie die er onder ligt. Stapsgewijs volgt het succes van de grap dit proces:

  1. Er is iets mis gegaan
  2. Dat roept een sterke emotie op (schaamte, schuld, woede)
  3. Er wordt een vlijmscherpe analyse losgelaten op wat er mis ging
  4. In een korte, krachtige tekst toont de spreker aan wat de oorzaak was van wat er mis ging
  5. De emotie van de luisteraars ontlaadt zich in gelach.

Mark Rutte bleek hilarisch. En daar zit ‘m de verbijstering. Hoe kan een man als Mark Rutte grappig en spitsvondig uit de hoek komen? Een man die beroemd is om zijn absolute visieloosheid? “Ik zie dat niet,” zegt hij zelfs.

Tekstschrijver achter de schermen

schrijfcoachyoekenagelHet geheim van de grappige minister-president zit ‘m in het feit dat de vijf stappen naar een succesvolle grap niet door dezelfde persoon hoeven te zijn gezet. In dit geval misschien de eerste twee stappen wel: ja, er is iets misgegaan met de visie van de minister-president. Ja, dat roept sterke emoties op: schaamte voor je land, voor hoe stuurloos het wordt geregeerd. Maar die vlijmscherpe analyse en de korte, krachtige tekst, kwam niet van hem zelf. Die kwam van professionals. Van tekstschrijvers. “We zullen nooit weten wie het waren,” dreigt de pers al. Briljante, maar onzichtbare tekstschrijvers analyseren, hebben visie en schreven hilarische teksten die, vooruit maar, de minister-president keurig voorlas.

U krijgt visie en humor

tekstschrijver met visieZo werd dat hele Correspondent’s Dinner een groot reclamefestival voor een miskende beroepsgroep omdat ze altijd achter de schermen werken: tekstschrijvers. Visie en humor kunt u kopen bij professionals. Het lukte zelfs Mark Rutte op die manier.
Mail voor een vrijblijvend voorgesprek met een tekstschrijver met visie
 
 

emoties schrijven

Spreekwoorden over schrijven

spreekwoorden Waar geworsteld wordt ontstaan spreekwoorden en gezegden. Waarom zijn er dan maar zo weinig over de kunst van het schrijven en de wanhoop die dat soms oplevert? Tijd voor nieuwe schrijfspreekwoorden.
Spreekwoorden over schrijven, uit verdachte bronnen, die best waar zouden kunnen zijn.

  • Elk geschreven woord verlicht een nieuw deel van je ziel
    (uitgetest Hongaars spreekwoord)
  • Een geschreven tekst is beter dan tien cavia’s
    (ec0nomisch onderbouwd handelaars spreekwoord)
  • Wie schrijft als honing kan bijen verwachten
    (waarschuwend heidevolk spreekwoord)
  • Een goede tekst is als neushaar. Als er veel uit getrokken wordt doet het zeer. Als er weinig uit getrokken wordt doet het ook zeer.
    (betrouwbaar herenspreekwoord)
  • Wie niet woordt, die niet scoort
    (boekenvroedvrouwenspreekwoord)
  • God geeft een pen aan de wijze en een toetsenbord aan de nar
    (digitaal spreekwoord)
  • Inspiratie is een donker gat vol grommende woorden
    (schrijverswaarneming)
  • Het juiste woord op de juiste plek is zelden interessant
    (recensentenspreekwoord)
  • Schrijvers die nooit lezen schrijven hun eigen ondergoed
    (provocatief lezersspreekwoord)
  • Tussen de managementrapporten is elk persoonlijk blog een literair werk
    (mysterieus spreekwoord)
  • Je boek komt niet uit de bloemkool
    (auteurscoachingsgezegde)
  • Er zijn hele goede taxichauffeurs en caissières voortgekomen uit een writersblock
    (statistisch onbewezen spreekwoord)
  • Wie gezegend schrijft heeft geen brood nodig
    (sociologisch onbewijsbaar spreekwoord)

Ik ben je lezer

bloglezerLieve Blogger,
Je bent met je gedachten bij mij als je je nieuwe blog schrijft. Dat waardeer ik.
Daardoor is je tekst vaak toegespitst op mijn belangstelling, mijn vragen, mijn ervaringen.
Je hoopt natuurlijk ook dat je blog door heel veel mensen gelezen wordt.
Dat snap ik. En ik gun het ze ook. Net zo goed als ik het jou gun dat je je ideeen met veel mensen kunt delen doordat ze je blog bekijken.
Maar als ik lees ben ik alleen. Zelfs als er iemand bij me zit lees ik als eenling jouw blog.
Daarom steekt het me als je me aanspreekt met ‘jullie’.
Als in: ‘Deze week vertel ik jullie graag iets over aanspreekvormen in blogs’.
Of: ‘Jullie zullen je wel afvragen waarom ik een week niet heb geschreven.’
Jaloers ben ik niet.
Ik weet dat er anderen  zijn voor je en dat is okee. Nee echt.
Maar zou je me er niet zo mee om de oren willen slaan in je blogs?
Ik ben het.
Je lezer.

Tussen de regels lezen

Wat je schrijft ben je zelf

subtiel taalgebruikIn alles wat we doen, zeggen of creëren, tonen we – vaak onbewust – onze persoonlijkheid.
Bij kunstenaars is dat een gerespecteerd handelsmerk: het werk van Rembrandt, Mick Jagger, Jamie Oliver of Steven Spielberg wordt door de kenners herkend aan de subtiele afdruk van de sprankelende geest van de maker.
Datzelfde geldt voor teksten. Daar staat niet alleen een verhaal, in de woorden die de schrijver koos. Tussen de regels door zien we ook nog de weerspiegeling van de schrijver zelf.
In typerend taalgebruik kun je zelfs karaktertrekken van de schrijver herkennen. Handig om te weten voor iedereen die teksten beoordeelt. Maar ook geweldig leuk voor wie z’n eigen teksten wil beoordelen.
Natuurlijk, wat fout is moet in een redigeerrondje worden gecorrigeerd. Maar gebruik eerst je tekst nog even als analytisch model om je eigen blokkades en uitdagingen in het leven helder in beeld te krijgen. Zo kun je handenvol geld uitsparen aan therapiekosten als je je eigen teksten analyseert.
Een stuk of zes eigenaardigheden om jezelf op te betrappen.
Dit artikel werd in iets andere vorm geplaatst in het tijdschrift Schrijven.

Tijdwissel

“Ze loopt voorzichtig naar de keukendeur, houdt haar adem in en keek in de donkere ruimte.”2015-05-27-EOS600D-2882
Ook doorgewinterde schrijvers glijden soms even uit in de tijd: een zin of fragment begint in het heden en duikt opeens naar de verleden tijd.
Dit gebeurt op het moment dat het verhaal de schrijver te dicht op de huid komt. Veel schrijvers ‘voelen’ of ‘zien’ hun verhaal vlak voordat de juiste woorden neerdwarrelen om te beschrijven wat er gebeurt. Bij fictie vindt dit proces vaak bewuster plaats dan bij non-fictie.
Bij fragmenten waarin spanning moet worden opgebouwd, waarin heftige emoties worden beschreven of persoonlijke herinneringen de kop opsteken, is dat ‘doorvoelen’ soms even teveel. Omschakelen naar de verleden tijd geeft dan net voldoende afstand. De schrijver zit niet meer middenin het verhaal, haalt opgelucht adem en schrijft verder.
Tijdwissels ‘lees’ je dus om te ontdekken welke situaties spanning oproepen.

Persoonswissel

2015-05-27-EOS600D-2876“Ik scheidde vorig jaar van hem. Het duurt toch nog een hele tijd voordat je weer normaal functioneert met je kinderen.”
Van eerste naar tweede of zelfs derde persoon doorschakelen is in therapeutische gesprekken een belangrijk aandachtspunt. ‘Zeg dat eens in de ik-vorm?’ is de aansporing die therapeuten gebruiken om de spreker met volle aandacht bij zichzelf en een gebeurtenis, emotie of verlangen te brengen.
Bij schrijfwerk heeft zo’n persoonswissel dezelfde functie als een tijdwissel: effe een beetje afstand nemen. Niet ik maar je, zij of het nog abstractere algemene ‘men’ maakt dit mee. Dat scheelt.
Persoonswissels in je tekst wijzen je de weg naar de plek waar nog wat onverwerkte emoties liggen te wachten op je volle aandacht.

Tussenvoegsels

“Het is soms best wel lastig om uiteindelijk dan toch maar te gaan beginnen aan een klusje dat je 2015-05-27-EOS600D-2880misschien eigenlijk helemaal niet zo enorm leuk vindt!”
Relativerende woorden – wel een beetje, eigenlijk, af en toe, misschien wel, niet echt, soort van, of zoiets, denk ik – moeten verzachtend werken. Dat werkt niet. Zeg het nou maar, verdomme! Tussenvoegsels vormen een glibberige laag glijmiddel die je lezer met misverstanden bedruipt.
De lezer wordt dus niet gespaard, terwijl de meeste schrijvers juist tussenvoegen om medeleven en begrip te suggereren, om een vervelende boodschap (‘Doe die rotklus direct!’) pijnloos te brengen. Elke communicatietraining leert ons daarentegen dat een ‘slecht nieuws gesprek’ maar op een manier gevoerd kan worden: breng het slechte nieuws. Je lezer is uitstekend in staat om dat te verwerken of naast zich neer te leggen. Moet ie wel eerst snappen wat je  beweert. Daar ligt het probleem dus. Ben je onzeker? Geloof je je eigen boodschap wel? Durf jij als schrijver eigenlijk wel stelling te nemen? Onderschat je je lezer niet?
Gebruik onderstaand vragenrijtje als je stuit op een overdosis tussenvoegsels:
-Wat wil ik eigenlijk zeggen?
-Wat is de akeligste reactie die daarop kan komen?
-Is het realistisch om die reactie te verwachten?
-Zeg ik het dan toch of zeg ik het niet?
-Hoe doe ik dat open en eerlijk, in het vertrouwen dat mijn lezer tegen een stootje kan?
-Kan het helpen om mijn stelling te brengen als vraag?

Stopwoordje

2015-05-27-EOS600D-2871“We liepen dus over het strand en opeens trapte ik dus in een kwal. Dat deed dus behoorlijk zeer.”
Elke schrijver (elke!) heeft z’n eigen lievelingswoorden. Die dingen leiden een soort eigen leven. Ongemerkt sluipen ze je eigen tekst in en…
Sorry. Die van mij is op dit moment kennelijk ‘eigen’.
Hoewel er stevig bezuinigd kan worden op stopwoorden is het interessant om ze te duiden. Kijk naar de intentionele waarde van het woord om de achilleshiel van de auteur in beeld te krijgen.
eigen – auteur stelt persoonlijke beleving centraal, durft niet te veralgemeniseren
maar – auteur blijft twijfelen of relativeren, vreest zichzelf of kritiek
dus – auteur suggereert logische samenhang tussen beweringen, wat een lezer ook zelf wel kan als die samenhang er is
en – auteur wil met een opsomming volledig zijn, maar benoemt kennelijk de kern niet
als/alsof/zoals – auteur zoekt het in eufemismen, twijfelt kennelijk aan directe omschrijvingen
toch – auteur wil overtuigen, twijfelt kennelijk aan inzicht lezer en eigen argumenten
wel – auteur wil overtuigen (‘de economische crisis is bij dit probleem wel belangrijk’) of relativeren (‘hij had 50 kilometer gewandeld en was wel moe’).

Ouderwets taalgebruik

“Niettegenstaande het feit dat archaïsche taal thans naast weerstand tevens misverstanden 2015-05-27-EOS600D-2879oproept, wordt het nochthans met regelmaat gebezigd.”
Een enkele echter, tevens of evenzeer moet kunnen. Maar de schrijver die zijn teksten consequent hult in een nevel van statige woorden verdoezelt daarmee vermoedelijk gewoon dat ie de ballen snapt van z’n onderwerp. Ja toch? Anders zeg je het toch gewoon zoals het is?
Er is nog een opvallende overeenkomst tussen moeilijkschrijvers. Ze lijden vaak aan wetenschap in het voorgeslacht. Dat klinkt viezer dan het is. In de praktijk betekent het dat paps of mams een universitaire opleiding volgde en op verwijtende toon zei: “Kind toch! Journalistiek? Dat is toch geen echt vak!” Met het gebruik van ingewikkelde woorden en zinnen bewijst de schrijver nu dat ie heus niet van de straat is, tot paps of mams (of beste vriend of partner of kind) het respect geeft waar hij nog steeds stiekem zo naar verlangt.
Dat gaat niet gebeuren. Daarom kun je net zo goed gewone woorden gebruiken. Hoeft niemand zich dom van te voelen. Ook je lezer niet.

Leestekens

2015-05-27-EOS600D-2891“Daar stond ze!!! Wie had dat verwacht? Ik zeker niet…”
Leestekens. Fout van de schepping, of nuttig schrijfgereedschap?
Achter een leestekenlawine schuilt een onzekere, angstige schrijver. Leestekens vormen accenten in een tekst. Zonder die accenten moet de tekst ook al iets voorstellen. Alleen de faalangstige schrijver vreest te vaak dat ‘m dat niet lukt en overcompenseert.
De leestekens op zich:
-!-
Als een gegeven verbijstert kan het altijd zo genoteerd worden dat de zin zelf een uitroepteken is. Die hoeft er dan niet achter te staan. Wie veel uitroeptekens gebruikt komt misschien uit een gezin met twaalf kinderen, waar het heel wat moeite kost om een beetje aandacht te krijgen. Of hij is bang dat z’n lezer naar zijn vinger kijkt en niet naar de maan waar hij naar wijst. Onzekerheid dus!
-?-
Vraagtekens? Ook niet altijd terecht. De meeste vragen worden sterker als ze aan het denken zetten zonder als vraag te zijn gesteld. Veel vraagtekens wijzen erop dat de auteur ervan overtuigd is dat hij toch geen antwoord zal krijgen. Misschien omdat de vraag retorisch of niet interessant genoeg is?
-…-
De suggestieve puntjes… ze duiden maar al te vaak op een schrijver die bang is voor zijn leidinggevende functie. Een schrijver hoort richting te geven. Doel te bepalen. Met puntjes wordt de lezer daarentegen aangezet tot zelfwerkzaamheid… Er wordt iets bedoeld, maar wat? Nou, eigenlijk vooral dat de schrijver liever niet de eigen geest, maar, beetje laf, die van z’n lezer laat bepalen hoe het verhaal verder gaat…

Geneer je nooit

Okee. Dus al deze afwijkingen zie je terug in je eigen teksten? Geneer je niet. Je bent in goed gezelschap. Let er maar eens op: broodschrijvers en topauteurs, facebookers en notulisten, ze maken allemaal graag uitglijders in hun tekst. De kunst is om zowel hun als je eigen teksten met warmte en vergevingsbereidheid te lezen. Corrigeer dus onbekommerd wat fout is. Je wordt er zelf alsmaar beter van. Dat is nu eenmaal de lijn der dingen.
(de foto’s zijn trouwens genomen tijdens een workshop ‘Zakelijk schrijven met het creatiepentagram’ voor ondernemers uit het Westland.
Fotografie Edwin Lansbergen)