Journalist of schrijver

De schrijver en de journalist

De schrijver en de journalist


“Wat is eigenlijk het verschil tussen de journalist en de schrijver?” vroeg mijn dierbare vriendin M. me. Een goede vraag waar ik een tijdje over heb zitten mijmeren. Ik ken immers beide schrijfvormen: ‘vroeger’, toen ik nog freelance journalist was, voelde ik me journalist. Nu de journalistiek zo goed als opgeheven is als beroep voel ik me meer schrijver, en nog meer schrijfcoach.

Journalistiek schrijven

Het effect van journalistiek schrijven en schrijven als schrijver is hetzelfde: er ontstaat een tekst, een stukkie om te lezen. Maar het schrijfproces is
anders, al is dat uiteindelijk misschien maar een kwestie van accenten.
Een journalist schrijft als een stofzuiger. Hij zuigt informatie, meningen, visie, gebeurtenissen op, filtert die, mengt ze met z’n eigen visie en ervaring (vaak onbewust, zodat de mythe van objectiviteit in stand blijft) en geeft het dan door aan de rest van de wereld.

Creatief schrijven

Een schrijver geeft zijn of haar eigen visie en ervaring weer, al zitten daar (vaak onbewust, zodat de mythe van de creatieve geest in stand blijft) veel invloeden in van buitenaf: meningen, visie en zelfs hele theorieën van anderen die hij zich zo eigen heeft gemaakt dat hij helemaal niet meer weet dat ze niet bij hem begonnen zijn.

Schrijven met hoofd, hart, buik en voeten

De journalist is aan te spreken op een juiste weergave van de woorden van anderen of de weergave van gebeurtenissen. De schrijver is aan te spreken op originaliteit en creativiteit. De journalist werkt over het algemeen vooral vanuit het hoofd: analyse, samenvatting, schiften van informatie.
De schrijver werkt over het algemeen vanuit de rest van het lijf: hoofd, hart, buik (cognitie, emoties, ervaringen) en zal zich dus meer schepper voelen terwijl de journalist zich meer waarnemer of tolk zal voelen.

Inspiratie

Maar er is een groot verschil dat niet meetbaar of zichtbaar is.
Inspiratie. Als de journalist geïnspireerd wordt, een vlammend onverwacht idee krijgt, een ingeving voor een fantastische gedachtesprong of een droombeeld ziet rond zijn onderwerp, dan zal hij daar anders mee omgaan dan de schrijver. De journalist zal in de meeste gevallen de ingeving negeren omdat het niet valt binnen de kaders van zijn opdracht. De goede journalist met tijd gaat ‘er achteraan’. Die zoekt uit of er ergens in wereldse begrippen (statistieken, archieven, citaten van anderen) bewijzen te vinden zijn voor zijn ingeving.
De schrijver zal in de meeste gevallen de ingeving noteren en er een paar pagina’s hardop over blijven doormijmeren, misschien zelfs wel met een hele nieuwe gedachte tot gevolg. De goede schrijver gaat er vervolgens trouwens ook achteraan. Is het waar? Is het bewijsbaar? Zit hij op een nieuw spoor? Schrijft zijn verhaal zichzelf een heel onverwachte nieuwe kant op?
Had ik gezegd dat er een groot verschil is tussen journalistiek schrijven en anders schrijven? Hm. Wat denk jij?

Sociale media gebruiken

social media
Wat is het verschil tussen al die digitale communicatiekanalen en hoe kun je je sociale media gebruiken?
Dit plaatje geeft een uitstekend beeld van verschillende functies en gebruiksmogelijkheden van je social media.

Sociale media: niks veranderd (behalve de vorm)

Je prikbord, fotolijstje, adressenboekje, kaartenbak, telefoon en het openslaande raam.
Eigenlijk net als vroeger dus, maar dan digitaal.
Al ontbreekt er nog een hoop: zo zie ik geen Path staan (foto’s met tekst delen) en geen Blendr of Grindr (erotische dating voor he, bi en ho) geen blog, geen SnapChat (chat-appje van de nieuwe generatie) Google+ (netwerkberichten). Er is vast nog veel meer, want het gaat pijlsnel. Er verandert in wezen niks: mensen communiceren met elkaar. Maar daar kiezen we wel in rap tempo steeds andere vormen voor.

Hoe schrijf je dat in digitaal?

Vrijwel alle sociale media en telefoon appjes werken met tekst. Soms zelfs hele lastige tekst omdat het maar kort mag zijn. Een fotobijschrift bijvoorbeeld. Een Tweetje. Een oproepje. Daarom is het erg slim om handig te schrijven. Ook als je lang wilt schrijven. Een boek bijvoorbeeld. Je webteksten. Een scriptie. Of een blog. In digitaal of ouderwets. Maar wel vanuit het hart.

Kom een dag lang ‘Schrijven met het creatiepentagram’.
Zodat jouw frisse ideeën ook binnenkomen
via de Woordeur.

Tekstdag. Zaterdag 17 mei, van 9.30 tot 17.00 uur in Arnhem. Kost maar 140,- euro, incl. btw en het boek ‘Schrijven met het creatiepentagram’ om alles later nog eens in na te kijken.
 

SEO en het kindje Jezus

SEO workshop door middel van eekhoorntjes

SEO – het kindje Jezus van deze tijd


SEO, je website optimaliseren voor zoekmachines, lijkt het antwoord op alle vragen die met vindbaarheid op internet te maken hebben. Ik moet bij de term alleen al vaak denken aan een oude mop die mijn vader me vroeger graag vertelde.

Waar draait SEO op uit?

“Kinderen,” zegt de non tegen haar kleuterklasje, “ik heb een raadseltje voor jullie. Het is roodbruin, het springt door de bomen en het heeft een mooie lange staart. Ra ra wat is dat?” Moosje, die om onverklaarbare redenen op deze katholieke school terecht is gekomen steekt z’n vingertje op en als hij de beurt krijgt zegt hij: “Ik zou zweren dat het een eekhoorn was, maar het zal wel weer op het kindje Jezus uitdraaien…”

Vindbaar zijn op internet

Zonder ook maar een kwaad woord over het kindje Jezus te willen zeggen: als ik nieuwsbrieven en mailings binnen krijg denk ik vaak aan hem. Spectaculaire onderwerpbeschrijvingen als ‘Vergroot je winst’, ‘Word succesvol’ of ‘Helemaal gratis’ moeten verdoezelen dat mijn aandacht opnieuw wordt geclaimd voor een cursus SEO, slimme webteksten schrijven. Vindbaar zijn op internet is het kindje Jezus van het digitale tijdperk: wat er ook geschreven wordt, het woord dreigt belangrijker te worden dan de boodschap zelf.

Zoekmachine of mens

Een zoekmachine als Google kan geen teksten begrijpen of boodschappen snappen. Een zoekmachine kan alleen maar woorden lezen en inventariseren. Er zijn teksten die zoekmachines lokken zoals dennenappels eekhoorntjes lokken. Wie die woorden gebruikt komt hoger in de vindresultaten van Google. Maar kom je als mens zo’n klontje plakkerige webwoorden tegen op een website, dan reageer je er al snel op zoals je op verregende stukjes brood voor de eendjes zou reageren: niet, of zelfs met afkeer. Het is niet bedoeld voor jou. De tekst is gemaakt voor een machine, voor een mens is ie hol en betekenisloos geworden. Het gaat om de woorden, niet om de boodschap. Goedkoper. Sneller. Succesvoller. Wat er ook staat: het zal wel weer op het kindje Jezus uitdraaien. SEO.

Kijk voor workshops over SEO ook op mijn site over het Creatiepentagram.

Secretaressedag

secretaresses
Organisaties die me uitnodigen om een workshop damestasjeslezen te geven, mailen me meestal een maandje of twee, drie van tevoren. Handig, want dan kan ik de datum voor ze reserveren.
Dat gaat anders bij de voorbereidingen van ‘Secretaressedag’; de dag dat er iets extra’s gedaan moet worden voor secretaresses. De mails met aanvragen denderen dan m’n mailbox binnen vanaf drie weken tot drie dagen voor de datum zelf.

Organisatie op secretaresses gebouwd

Dat komt omdat de secretaresse zelf altijd zulke dingen regelt. Als zij verrast moet worden, moet iemand anders uit de organisatie het dus doen. Willen ze best, maar kunnen ze niet zo goed. Daarom stellen ze het te lang uit, weten niet wat de normale bedragen voor een evenement is en vergeten van alles af te spreken.
Secretaresses zijn nu eenmaal de pijlers waarop een organisatie gebouwd kan worden. Daarom had ik het enorm naar m’n zin op secretaressedag bij twee organisaties waar de bijzondere dag juist op rolletjes liep. Omdat ze hun eigen feestdag hadden georganiseerd.

Wat komt er uit een secretaressetas?

Zo merkte ik van dichtbij hoe onmisbaar die meiden zijn binnen een organisatie.
In vrijwel alle secretaressetassen las ik ook dezelfde thema’s: overvraagd worden (veel spullen voor en van anderen bij zich) geen nee kunnen zeggen (pijnstillers om vol te houden), onderwaardering en te weinig uitdaging voor persoonlijke ontwikkeling. Daardoor kan het zelfvertrouwen een deuk oplopen (veel kassabonnetjes want ‘misschien wil ik mijn aankoop wel ruilen’ – geen vertrouwen dus in de eigen keuzes).

Website pagina-indeling bepalen in een kwartier

"Oh! Zes pagina's dus. Leuk!"

“Oh! Zes pagina’s dus. Leuk!”


Alles is belangrijk op je website. Denk je. Daarom is het heel lastig om daar in je eentje een structuur voor te bedenken. Honderd pagina’s zijn nog niet genoeg om je verhaal te doen, te vertellen waar je goed in bent en hoeveel je kunt betekenen voor je sitebezoeker. Denk je. En daarom lijkt het bepalen van je pagina-indeling een hels karwei dat je maar het beste zo lang mogelijk kunt blijven uitstellen. Nietes.

Sitebezoekers bepalen
pagina-indeling

“Ik denk dat ik het met zes pagina’s wel red!” glunderde cursiste L. gisterenavond. Met de hulp van mensen die niks weten van haar werk wordt juist heel snel duidelijk hoe haar site overzichtelijk en verleidelijk kan worden. Tijdens de cursus ‘Schrijven om gezien te worden’ vallen alle puzzelstukjes in elkaar. Haar medecursisten, die straks haar sitebezoekers zijn, weten immers zelf wel waar ze nieuwsgierig naar zijn en wat ze wel kunnen missen aan informatie.
Zo leiden hun opmerkingen, vragen en tips tot een heldere website structuur met precies de juiste pagina’s.

Je pagina-indeling op je website bepalen in een kwartiertje
in 4 vriendelijke stappen:

1- Houd een korte inleiding over je product of dienst
2- Laat je enthousiaste medecursisten vragen stellen, commentaar geven en complimenten maken over je formulering.
3- Ontvang ze allemaal op postitjes.
4- Cluster die op thema als een mindmap.
5- Voeg ‘contact’ en ‘cv’ of zoiets toe en voila.
 

Klaar. In een kwartier tijd weet je welke pagina’s je nodig hebt om je sitebezoekers de informatie te bieden die ze zoeken. Niet meer. Niet minder.

Na de zomervakantie start een nieuwe cursus
‘Schrijven om gezien te worden’ voor oprechte ondernemers.
In zes avonden heb jij dan ook je hele website vernieuwd of nieuw, klaar en vindbaar op internet staan.
Kijk in de agenda.

 

Site verdwenen

Jan Runhardt redt je site als je hem zelf verpest hebt.

Jan Runhardt redt je site als je hem zelf verpest hebt.


Mijn akelige nacht begon ermee dat ik abusievelijk dacht: “Wacht, wacht, Yoast, dat fijne SEO-programmaatje dat ik als plug-in op deze site heb kan ik toch net zo goed ook zelf even op m’n andere site zetten?”
Denk zoiets nooit. Vooral niet als je ervan overtuigd bent dat het heel simpel wordt allemaal. Sommige mensen kunnen het ene, andere mensen, ik bijvoorbeeld, het andere. Technische dingen horen daar niet bij.
Ik downloadde de plugin, zei ‘ja’ tegen de vraag ‘Nu installeren?’ en knal. Mijn site was verdwenen. Echt gewoon weg. Een zwart vlak was over.
In wilde paniek mailde ik mijn systeembeheerder die gelukkig een nachtbraker van jewelste is. “Jan! Mijn site is weg! Help!” gilde ik door zijn mailbox.
En omdat ik de volgende ochtend nog vroeg op moest ook kon ik niet eens wachten op zijn antwoord.

Site gelapt en gestreken

Vanochtend lag er een geruststellend berichtje van hem klaar in mijn mailbox, dat erop neer kwam dat hij m’n hele site eventjes heeft opgepoetst, gelapt en gestreken, het nieuwe programmaatje er op heeft gezet en de back-up die hij bijhoudt van al mijn sites in alle rust weer heeft teruggehangen waar hij hoort.
Vandaar dat ik je eventjes wil attenderen op zijn werk. Jan Runhardt heet hij. Neem die man in de arm als je een site hebt. Hij redt je leven fluitend. En zonder ‘meisje-meisje’ te mopperen als je het gewoon allemaal zelf hebt fout gedaan.

Schrijffouten verbeteren je

Schrijven als therapie

Schrijven als therapie


“Dus ik loop door de donkere gang, ik hoor de trap kraken en toen zag ik daar opeens die inbreker.”
Adembenemend, zo’n scene! Niet alleen voor de lezer, maar kennelijk ook voor de schrijver. Dat zie je aan de plotselinge verandering van tijd. De eerste twee handelingen gebeuren in het heden: ik loop, ik hoor. Maar bij het zien van de inbreker schakelt de schrijver opeens over op ‘ik zag’: verleden tijd.

Schrijf een stapje terug

Slim. Want een verhaal in de tegenwoordige tijd dwingt de geest om als getuige bij de gebeurtenissen aanwezig te zijn. Als iets in het verleden gebeurd is, is de dreiging al bezworen, het gevaar geweken. Verleden tijd geeft een veilige afstand tot de gebeurtenissen die beschreven moeten worden.
Dit is de reden dat je soms, als schrijver, tot je eigen verrassing misschien, zomaar halverwege een verhaal opeens terugdeinst naar verleden tijd: het verhaal komt je te dicht op de huid, het wordt te emotioneel, te eng.

Jij liever dan ik

Nog een manier om afstand te nemen: ‘Ik loop door die donkere gang, ik hoor de trap kraken en dan zie je daar opeens een inbreker staan!’
Niet de kwetsbare ‘ik’ maar een ongedefinieerde ‘je’ schrikt zich dood van die griezel. De glibberpartij van ik naar je (of nog erger: naar ‘we’ of naar ‘men’ of ‘menigeen’) komt ook op het moment dat de gebeurtenissen te dicht op de huid komen.
Emoties slaan toe, de woorden brengen de herinnering weer tot leven en de schrijver vlucht weg uit het nu, weg van zichzelf. Moet het echt gebeuren? Nou, dan jij liever dan ik!
Fout natuurlijk, laat dat duidelijk zijn. Bij het redigeren van je verhaal moet zo’n onbewuste tijdswissel, zo’n persoonsverwisseling van ‘ik’ naar ‘je’ even worden bijgesteld.

Gratis schrijftherapie

Maar laat het daar niet bij! Kijk als schrijver eens goed naar het moment dat je die zichtbare stap naar achteren nam. Wanneer vloog het je kennelijk aan? Wat werd je te veel? Waarom? Welke beelden en associaties heb je bij wat je daar schreef? Neem ze waar. Neem ze serieus. Omdat je tijdswitches en persoonswissels iets zeggen over wat jij moeilijk vindt in het leven. Zo redigeer je niet alleen je verhaal, je spaart ook nog eens therapiekosten uit met zo’n gratis schrijfconsultje met jezelf.
Schrap daarna meedogenloos en breng je tekst op orde. Je verbetert de schrijffouten, maar schrijffouten verbeteren jou ook.
En geef het uitgespaarde therapeutengeld uit aan iets leuks om te vieren dat je weer meer van jezelf snapt.
 

Boek publiceren

Schrijven met het creatiepentagram - door Yoeke Nagel

Schrijven met het creatiepentagram – door Yoeke Nagel


Ze is er. Na iets meer dan een jaar schrijven ligt ze in m’n hand. Mijn nieuwe boek. Mijn dertiende. Gebonden. Gedrukt. Vormgegeven. Geredigeerd. Geschreven. Bedacht. Ontstaan. In die volgorde is dat er allemaal aan vooraf gegaan en kan ik haar nu vasthouden. Zie, het woord is boek geworden…
En ik realiseer me voor de dertiende keer dat dit niet de fijnste fase is van een boek-in-wording.

Boek beoordelen

Ik kan naar elk boek kijken met vriendelijkheid, respect en acceptatie. Soms zelfs met warmte en schalkse verbondenheid. Maar naar mijn eigen boek kijk ik zoals ik fronsend langs mijn buik naar de wijzer op de weegschaal kijk. Oei. Is dit het nou?
“Gut, ze is dunner dan ik had verwacht. Mooi lettertype wel, maar misschien hadden die twee pennen toch anders gemoeten. Past het nou wel dat het er zo smooth uitziet allemaal? Fijn papier om te voelen. Hoeveel mensen valt dat nou op? Ruikt okee. Is dat grapje daar niet misplaatst? Oh jee, dit stukje tekst had toch wel op de volgende pagina moeten beginnen denk ik. Heb ik daar nou overheen gekeken?”

Vol boek. Leeg hoofd.

“Word je verdrietig?” vraagt vriend B. geschrokken als hij mijn knerpende gedachten van mijn gezicht afleest terwijl ik mijn boek, recht uit de enveloppe, doorblader.
Ook dat weet ik niet, maar ik denk van niet. Ze is er. Daar ging het om, toch?
Het laatste hoofdstuk heet ‘Wie schrijft, verdwijnt.’ Daar lijkt het wel op ja.
Wat ik weet over schrijven is uit mijn hoofd, uit mijn lijf, uit mijn jarenlange schrijf- en schrijfcoachingservaring gedruppeld om samen te komen in dit boek. Hier staat het, mijn kennis is vrijgegeven, het boek is vol, mijn hoofd een grote vacature. Wat nu?
De laatste zin van het laatste hoofdstuk, voordat de 99 schrijfoefeningen beginnen, geeft onverwacht het antwoord dat ik op dit moment eigenlijk helemaal niet zoek.
Als je creatie klaar is, moet je haar loslaten en de wereld insturen om een eigen koers te varen. Blijven doet ze niet.”

De wijde wereld in

En dan voel ik toch het begin van trots opborrelen. Goh. Mijn boek. Dapper ding. Zomaar de wijde wereld in. Misschien is dat het wel. Het is nu niet meer ‘mijn boek’. Het is het boek van haar lezers geworden.
En natuurlijk hoop ik dat ze heel veel mensen blij gaat maken en opjut om te gaan schrijven met het creatiepentagram en gaat inspireren om hun kennis door te geven en hun ervaringen te delen met anderen, via het geschreven woord.
Zodat hun lezers weten dat ze niet alleen zijn, dat we allemaal met dezelfde dingen worstelen en dat er altijd verandering komt. Dat maakt krachtig en blij.
En dat is dan toch ook een beetje mijn verdienste, omdat mijn boek, dit boek, dat ene zetje kan geven dat schrijvers soms nodig hebben voordat ze echt aan de slag gaan met dat boek dat in hen heen en weer huppelt omdat het er uit wil.
Okee. Het is een boek. M’n dertiende. ‘Schrijven met het creatiepentagram.’ Met schrijftechnieken voor beelddenkers en structuurliefhebbers, en nog 99 schrijfoefeningen toe ook. Het is te bestellen bij de boekhandel en bol.com.
Ik ben er best blij mee.

Helderse Courant voorpagina

Voorpaginanieuws in Den Helder: damestasjeslezen

Voorpaginanieuws in Den Helder: damestasjeslezen


“Gebeurt er hier zo weinig dat ze mijn lezing zelfs op de voorpagina van de Helderse Courant zetten?” vroeg ik natuurlijk geschokt aan de bibliothecaresses die me uit hadden genodigd voor een lezing over Damestasjeslezen in de bieb van Den Helder.
“Welnee! Er is juist altijd wel wat te doen hier,” beweerden zij.
Ik zeg het er maar even bij.
Maar ik stond dus mooi op de voorpagina van de Helderse Courant.

Waar is je schrijfplek?

Creëer je schrijfplek

Creëer je schrijfplek


Hier. Nu. Dat is waar het moet gebeuren in het leven. Dat weet elke schrijver natuurlijk. Daarom is het een goed plan om daar de praktijk even op aan te passen.
Creëer een plek in je huis waar je geweldig lekker kunt schrijven. Niet de ene keer opgekruld op de bank tot je laptop leeg is en de andere keer in bad op je tablet of in de trein op weg naar je werk met gillende gezinnen om je heen.
Gewoon. Hier. Nu. Fijne plek. Mag gerust een zooitje zijn. Als jij er maar fijn schrijft.

Hier zie je de werkplekken van 25 beroemde Amerikaanse auteurs. Zoek ook eens naar die van jouw favoriete schrijver.
Misschien brengt het je nog op ideeën voor de inrichting van je eigen schrijfplek.