Het 1e NL Blufscrabble toernooi

Maak 't mooi op 't Blufscrabble toernooi!


Het zou wel eens het woordevenement van het jaar kunnen worden: het eerste Nederlandse Blufscrabble toernooi.
Onvermijdelijk, gezien het feit dat alleen via Twitter al binnen de 24 uur zeven enthousiaste deelnemers staan te trappelen om van start te gaan en naar hartelust legitiem vals te spelen. Zodra de tiende deelnemer zich heeft aangemeld organiseer ik het toernooi. Hoe? Och, zei @thee_met_koekjes terecht: daar bluffen we ons wel doorheen.
In de jury vragen we natuurlijk Philip Freriks, taalludagoog bij uitstek.
Of Ewoud Sanders misschien wel, die toch al jaarlijks een woordenboek samenstelt met nieuwe woorden, voor het NRC.
Of eh… Lydia Rood, omdat ze ook zulke grappige woordconstructies kan maken. Of misschien doen we het zelf wel.
En dan als prijs een gouden chimot!
In elk geval: je kunt meedoen met het Blufscrabble toernooi. Het wordt nazomer en je kunt er een hele winter op teren.
Schrijf je in bij de comments onder het vorige stukkie.
Trouwens: op Omdenken is het concept van Blufscrabble uitgebreid genoemd als voorbeeld van eh… nou ja, omdenken.
Je kunt ‘m ook volgen op Twitter: @Omdenken

Even een essay schrijven

Opgewekt aan de slag met je essay


Het essay wordt zwaar overschat. Eigenlijk is het gewoon een stukkie schrijven. Zoiets als een wandeling maken. Een stevige wandeling liefst, want dan valt er meer te zien onderweg. De bedoeling van een wandeling en een essay schrijven is hetzelfde: dingen zien die je eerder nog niet opgevallen waren. Het voordeel van het essay boven de wandeling is dat je met een essay meteen een ander – je lezer – ook wat nieuws laat zien. Aan de slag. In, zoals ik al eerder zei: drie fases. Voorbereiden, schrijven en bijslijpen. Elf stappen.
Fase 1
VOORBEREIDEN
(Voorbereidend schrijven)

-1-
Voordat je gaat wandelen pep je jezelf op om er tegenaan te gaan. Je zoekt een dag op die waarschijnlijk droog, maar niet te warm is, je zorgt voor goede schoenen.

Voor je begint met schrijven plan je tenminste drie uur schrijftijd op een plek waar je ongestoord kunt werken. Zorg dat je computer in orde is. Leg voor het schrijven zelf krachtvoer naast je computer: bijvoorbeeld een pot thee, vers fruit, genoeg licht, een goede stoel.
-2-
Je kiest een bestemming. Hoe ver weg mag het ongeveer zijn? Trekt een bepaalde regio je?
Je krijgt of kiest een onderwerp. Je bepaalt een minimale en maximale lengte. Bepaal zelf hoe je je onderwerp wilt beschrijven anders is er geen klap aan om een essay te maken: persoonlijk, grappig, filosofisch, verrassend, beeldend, technisch, wetenschappelijk of met veel dialogen erin….
-3-
Kies in die regio een interessante locatie uit – stad, hotel – en reserveer er vast een plekje zodat je er zeker terecht kunt op de dag dat jij wilt wandelen. Mocht je verdwalen onderweg, dan kun je altijd iemand de weg vragen naar je eindpunt.

Bepaal om te beginnen het slot van je essay: een stelling of een interessante vraag. Met welke gedachte wil je straks je lezer achterlaten? Schrijf, als het even kan, je laatste zin of alinea alvast op. Zo heb je niet alleen een kern van je betoog maar ook lekker praktisch een eindpunt van je verhaal. Dat geeft je de ruimte om ook af en toe even uit te wijden over een onderwerp dat maar zijdelings raakt aan je verhaal. Je kunt altijd de draad weer oppakken; je weet waar je heen wilt. Het eindpunt van je verhaal noemen we Z. Je begint bij A. Daar tussen zit het hele alfabet dat jij schrijft in je essay.
-4-
Beoordeel waarvandaan je wilt starten. Vaak is het leuker om eerst met de trein, fiets of auto naar een mooi gebied te rijden en daar met je wandeling te beginnen.

Bedenk wat de meeste mensen al zullen weten of denken over je onderwerp. Dat is het beginpunt van je verhaal: A. Als je wilt schrijven hoe gezond tomatensoep is hoef je niet eerst uit te leggen wat een tomaat is; dat weet iedereen al. Begin bijvoorbeeld bij: ‘Als u van tomatensoep houdt heb ik goed nieuws voor u!’
-5-
Je weet nu hoe lang je reis ongeveer zal zijn. Verzamel de bagage die je nodig zult hebben voor onderweg. Denk ook aan voetenbalsem voor als de vermoeidheid toeslaat! Mik het allemaal in een handig rugzakje en zorg dat je niet te zwaar bepakt bent.

Doe je research. Verzamel materiaal. Ga op speurtocht op internet, sla je boeken er op na, interview betrokkenen, zoek citaten van Plato, professor doctor ingenieur Dingetje, check de feiten die je in de Wikipedia leest en noteer ook je eigen visie even. Breng alles wat je vindt, liefst met URL of bronvermelding erbij, in kaart met een mindmap (gedachtenspin) zodat je alles door elkaar kunt noteren. Verzamel niet te veel: je mag gerust argumenten of feiten weglaten als jou dat beter van A naar Z brengt! Sterker nog: gebruik alleen de informatie die je nodig hebt om van A naar Z te komen. Anders blijft er niks over voor andere schrijvers. Een essay hoeft niet compleet te zijn, als het maar het door jou gekozen deel van het onderwerp goed beschrijft.

-6-
Bepaal je route (terwijl je van tevoren al weet dat jij toch liever een leuk zijpaadje inslaat als je er eentje ziet).

Orden je researchmateriaal uit je mindmap op de lijn van A tot Z. Waar begin je je essay? Wat is dan een logische opbouw naar het einde van je verhaal, je Z?
Dit is de structuur, het geraamte van je verhaal. Nu is het nog een kwestie van het verbinden van de puntjes tot er een volledige tekst staat. Appeltje-eitje.
Fase 2
SCHRIJVEN
(Gezegend schrijven)

-7-
Ga lekker aan de wandel, geniet van de prachtige omgeving, huur een fiets onderweg als dat opeens leuker lijkt, neem een spannende andere route, pik een terrasje onderweg en vergeet de tijd even, babbel met de boswachter die je toevallig tegenkomt… Geniet! Neem op tijd pauze, zodat je altijd wat fut blijft houden om verder te gaan.

Ga lekker schrijven. Maak het mooi. Kom op nieuwe gedachten, voeg een grapje toe, dwaal af, kom terug op je onderwerp, maak van een pikant weetje een grappig kader, verwerk je cijfermateriaal in een prachtig gekleurd taartdiagram met slagroom, speel met stijlen en schrijftechnieken, gooi wat streamers (spannende uitspraken of verleidelijke zinnetjes uit je verhaal) tussendoor, neem op tijd pauze (uur schrijven, kwartier pauze). Beweeg tussendoor even, drink iets, zorg voor frisse lucht. Hoe lekkerder je schrijft, hoe lekkerder het leest.
-8-
Kom aan bij je bestemming en geniet van je prestatie, van de vermoeidheid in je lijf, van al die prachtige dingen die je gezien en beleefd hebt. Schop je schoenen uit en stop met wandelen, neem rust. Vier je aankomst.

Heb je je conclusie bereikt? Gefeliciteerd. Dan ben je er. Stop nu met schrijven. Ga even wat anders doen.
 
Fase 3
BIJSLIJPEN
(Ambachtelijk schrijven)

-9-
Als je een beetje bent bijgekomen in je hotel, pak dan je routekaart er nog es bij. Waar ben je er van afgeweken? Was het de moeite waard? Heb je alles gezien onderweg wat je graag wilde zien? Heb je totaal onverwachte dingen beleefd? Brachten die je dichter bij je bestemming? En als dat niet zo was: heb je er plezier in gehad om bepaalde obstakels te overwinnen en toch door te gaan? En eh… Zit je wel in het goede hotel?

Lees je verhaal rustig door, liefst op een andere plek dan waar je hebt geschreven. Stel jezelf de vragen:

  • a- Is het een goed lopend verhaal?
    b- Ben je aangekomen bij Z, je conclusie? En als je iets anders concludeert dan je van tevoren bedacht: is dit interessanter? Houden zo, dan!
    c- Zitten er voldoende argumenten, feiten en meningen in om je lezer mee te nemen van A naar Z?
    d- Heb je nog iets heel interessants over uit je mindmap wat je misschien in een kadertje kwijt kunt?
    e- Gebruik je veel dezelfde woorden? Zoek er vervangende woorden voor.
    f- Heeft elk woord een eigen betekenis? Haal ‘m anders weg.

Neem je spellingscontrole serieus! Zorg dat je hele verhaal in dezelfde tijd is geschreven (tegenwoordig of verleden). Zorg dat de d’s en t’s op de goeie plek staan. Als je echt niet weet waar dat is omdat je bijvoorbeeld dyslectisch bent, vraag dan even iemand anders om je hiermee te helpen.
-10-
Praat eens met anderen over deze route. Misschien hebben zij nog tips voor je aan de hand van jouw belevenissen. Let goed op of ze het wel over dezelfde route hebben als jij! Misschien hadden zij heel andere herkenningspunten!

Laat je verhaal lezen aan anderen en vraag ze om het in het kort na te vertellen. Zo ontdek je of je bedoeling ook overgekomen is.
Als je geen haast hebt met inleveren, lees je tekst dan een dag later nog es door en maak ‘m nog mooier. Laat ‘m daarna met rust: zo’n tekst moet ook eens op eigen benen kunnen staan, al blijf je als schrijver bezorgd om z’n welzijn.
-11-
Plak foto’s in als je die had en geniet zo lekker na van je prachtige wandeling. Op naar de volgende!
Lever je essay in, zet het op je blog of verkoop het aan een tijdschrift of krant. Leer van de commentaren die je erop krijgt. Ga er van uit dat ze kloppen, ook als het een beetje zeer doet. Verheug je vast op je volgende verhaal. Dat gaat beslist NOG beter worden dan dit!

essay-schrijven – download de pdf

of mail me voor persoonlijk advies over je eigen schrijfwerk.
 

Writers block? Denk het niet.

“Nou, ik ga gewoon zitten en dan begin ik te schrijven,” zeggen veel van mijn schrijfcursisten. Om er vervolgens met een diepe zucht aan toe te voegen: “Maar nu lukt het eventjes niet meer. Ik denk dat ik even een schrijfdipje heb. Een writers block.”
Oh? Ik denk van niet.
Als je een maaltijd wilt maken ga je toch ook niet gewoon maar staan om te koken tot het eventjes niet meer lukt?
Doe het op vergelijkbare manier. Schrijf in drie fases. En als je al begonnen was: gebruik deze drie schrijffases om fluitend over je schrijfdip heen te komen.
1 – Constructie
Maak even een korte schets van je verhaal zoals je dat wilt gaan schrijven. Hoe lang mag het worden? Begin bij waar het eindigt: is er een clou? Moet er een vervolg op komen? Gaat iedereen dood? Gebeurt er een wonder? Zorg dat je weet waar je heen moet als je de weg kwijt raakt tijdens het schrijven. Ook handig: onderzoek eventjes wie je hoofdpersoon is, wat de belangrijkste gebeurtenis wordt, waar je verhaal plaatsvindt, waarom het allemaal gebeurt en hoe het gebeurt. Weet je ook al voor wie je dit verhaal schrijft? De leeftijd van je doelgroep kan veel uitmaken. Eh… ja, het klopt: deze tips zijn gebaseerd op de 5 W’s: wie, wat, waar, waarom en whoe.
2- Gezegend schrijven
Ga nu gewoon zitten schrijven. Je weet waar je heen moet met je verhaal dus je kunt best een ommetje maken met een zijspoor of een afslag missen als je maar binnen het juiste aantal woorden bij de laatste regel aankomt. Je structuur zit in je hoofd, maar als je mazzel hebt schieten de schrijfgoden je te hulp en heb je het gevoel dat het verhaal zichzelf schrijft. Hopla! Houd de tijd in de gaten, want de schrijfgoden moeten er wel rekening mee houden dat je ook af en toe moet slapen, inspiratie of niet. Komt het moment dat je het eventjes niet meer weet, neem dan je constructie er bij en pak de draad weer op bij de volgende inrit.
3- Ambachtelijk schrijven
Klaar? Gefeliciteerd. Dat was lekker. En dan nu de laatste ronde: het ambachtelijk schrijven. De goden zijn namelijk Gul en Wijs maar ze weten de ballen van grammatica en het soepeltjes afwisselen van schrijfstijlen. Ga nog even over de tekst heen met je spellingscontrole. Veeg dubbele woorden weg door uit je woordenboek eufemismen te plukken die minstens zo mooi zijn. Verwijder de alinea’s die toch al overbodig zijn. Kill your darlings. ’t Wordt er alleen maar beter van als het korter is, echt waar. Laat je verhaal ook even lezen aan de meest onbeleefde bekende in je omgeving en vraag ‘m in het kort na te vertellen waar het verhaal over gaat. Zo weet je of je idee ook begrepen wordt uit je tekst.
Al deze fases hebben een andere schrijfsfeer. Probeer maar uit. En al lijkt het alsof je nu drie keer zo lang doet over je verhaal; uiteindelijk blijkt dat drie keer kort werken aan je verhaal een heel stuk minder lang duurt dan ineens lang achter elkaar schrijven tot je boinggggggg tegen een ‘schrijfdipje’ of writers block aan rent en je woorden voorgoed verloren gaan in een dampende koppijn.
Mooi doordoen, dus.
En als je er niet uitkomt mag je me mailen voor schrijfcoaching.

Woorden vinden: hintblind

Vind de woorden die echt raken


Paaseieren zijn leuk om te vinden, maar de juiste woorden heb je het hele jaar nodig. Waar liggen ze? Steef vond een prachtig gekleurd gloednieuw woord: HINTBLIND. Iemand die geen hints begrijpt en gewoon maar z’n eigen ding doet.
Meer vindplaatsen voor je eigen woorden ontdekken? Doe mee met de schrijfcursus ‘Schrijven om gezien te worden’.
Vanaf 11 mei in Hilversum, zes woensdagavonden, vanaf 12 mei in Arnhem, zes donderdagavonden. En voor wie nog even wil wachten: na de zomer in Roermond, zes vrijdagavonden.
Deze cursus is speciaal geschikt voor zelfstandigen: je schrijft aan je eigen webteksten, folder, nieuwsbrief en blogs. Meelezers zijn je medecursisten: je hoeft het niet alleen te doen. Lees vooral even de pikante details door op
http://www.yoeke.com/redacteur/Schrijfcursusvoorzelfstandigen.php

Sprookjes schrijven op school

Er was eens een prinses die in een mooi kasteel woonde. Toen kwam er een leuke prins die met haar trouwde en ze leefden nog lang en gelukkig.
Er is geen klap aan zo’n verhaal.
Drama willen we! Draken! Gemene heksen, stiefmoeders met groene tanden en instortende parkeergarages!
En dan dappere dingen natuurlijk, met toverwapens en veel bloed en Aaaarggh en zo. Met groep 8 van de Paasbergschool in Oosterbeek ga ik morgen sprookjes schrijven. In mijn tas: w.c. papier voor de lijn van het verhaal, een kroontje, chocola en een glazen bol. Meer heb je niet nodig, lijkt me. Oh ja, post-its, omdat je die eigenlijk altijd wel kunt gebruiken.